De boodschap is duidelijk, de uitvoering blijft ingewikkeld

Parasja Acharee Mot – Kedosjiem

beeldmerk Parasja

Deze week wordt er weer een dubbele Parasja gelezen: Acharee Mot en Kedosjiem. 

De eerste van die twee behandelt onder meer de regels die toezien op de tempeldienst van de Hogepriester op Jom Kippoer. Collega-columnist Gideon van der Sluis schreef er eerder in De Vrijdagavond over. Hoewel de regels in de betreffende Parasja gedetailleerd worden uiteengezet, worden deze door het Joodse volk al bijna tweeduizend jaar nauwelijks toegepast (zoals mijn vader in een elders verschenen artikel: ‘De behouden Tempel: Tekst, ritueel en offer in het rabbijnse jodendom’ beschrijft). Niettemin moet ik zeggen dat, hoewel ik regels analyseren zeker plezierig vind – je wordt niet voor niets jurist – de tweede Parasja mij toch meer aansprak.

Ik denk namelijk dat er veel wijsheid te halen valt uit de inhoud van Kedosjiem. In deze Parasja wemelt het van de geboden die duiden op belangrijke handvatten over hoe men moet leven: “haat jouw broeder niet in jouw hart” (Lev. 19:17), “je zult houden van [de vreemdeling] zoals van jouzelf, want vreemdelingen waren jullie in het land Egypte” (Lev. 19:34), en “je zult de oudere eerbiedigen” (Lev. 19:32). Ook wordt het belang van rechtvaardige rechtspraak onderstreept (Lev. 19:15). 

Waarschijnlijk is de meest bekende: “heb uw naaste lief zoals uzelf” (וְאָֽהַבְתָּ֥ לְרֵעֲךָ֖ כָּמ֑וֹךָ, Lev. 19:18). Volgens Hillel betreft deze pasoek de essentie van de gehele Tora (naar aanleiding van het welbekende verhaal waarbij de Tora moest worden samengevat terwijl men op één been stond, traktaat Shabbat 31a).

Wat betekent deze lijfspreuk daadwerkelijk in roerige tijden zoals nu? Tijden die helaas (mede) gekenmerkt lijken te worden door oorlog. 

Afgelopen week stonden we uiteraard op 4 alsook op 5 mei weer stil bij de gruwelijkheden van de Tweede Wereldoorlog. Het is cruciaal om deze zwarte periode in de geschiedenis te blijven herdenken en er voldoende aandacht aan te besteden. Over het belang van herdenken schreef mijn vader overigens eerder in De Vrijdagavond: Herdenken is elke generatie opnieuw een opdracht.

Tegelijkertijd oogt het ook essentieel om deze vreselijke gebeurtenissen om te zetten in een doel, een visie voor de toekomst. Hoe kunnen we dit soort situaties adequaat voorkomen? Zo kwam vrijwel direct na de Tweede Wereldoorlog het Genocideverdrag tot stand, maar de toepassing ervan blijft ingewikkeld in concrete situaties (onder meer door kwesties als jurisdictie; afgelopen week nog werd er een procedure tussen Soedan en de VAE bij het Internationaal Gerechtshof van de rol geschrapt op die grond).

Toevallig was ik dit jaar op 4 en 5 mei in Hiroshima, Japan. In die stad bevindt zich het Hiroshima Peace Memorial Museum, een groot museum ter nagedachtenis aan de atoombom die daar viel op 6 augustus 1945. Het museum informeert bezoekers niet alleen over het verleden, namelijk de vreselijke impact op burgers. Ook wordt er veel algemene informatie verstrekt over atoombommen, zoals de geschiedenis van de ontwikkeling ervan. Bovendien wordt uitgeweid over het streven van de stad Hiroshima om de inzet van atoombommen in de toekomst te voorkomen. Van het begin van de betreffende informatiehal heb ik een foto gemaakt.

Hiroshima Peace Memorial Museum, foto Sarai Mock

Daarnaast schijnt de stad projecten te hebben waarbij ze ondersteuning bieden aan slachtoffers in andere landen, zoals mensen die lijden onder de effecten van atoomproeven. Al met al vond ik het museum een interessante invalshoek bieden, waarbij in zekere zin verleden, heden en toekomst met elkaar lijken te worden verenigd (op het eerste gezicht in ieder geval natuurlijk).

Enfin, terug naar de Parasja van deze week: hoewel een ander liefhebben zoals uzelf een bijzonder streven is, is het (wellicht juist daarom) makkelijker gezegd dan gedaan. 

Ligt de complexiteit misschien verscholen in de zinsnede voorafgaand aan deze lijfspreuk? (“je zult geen wraak nemen of wrok koesteren jegens jouw volksgenoten”). 

De boodschap is niettemin duidelijk, de uitvoering blijft ingewikkeld. Hoe mooi zou het zijn als dit streven op de één of andere wijze zou worden toegepast in het dagelijkse leven, en juist in dit soort tijden wat breder kon worden getrokken. Zowel op individueel als op geopolitiek vlak. Al is het maar een beetje.

Sjabbat sjalom

Over Sarai Mock 4 Artikelen
Sarai Mock (1996) studeerde internationaal en Europees recht, met een specialisatie in internationaal publiekrecht. Ook studeerde zij aan het Pardes Institute of Jewish Studies in Jeruzalem. Zij is jurist en was voorheen werkzaam als advocaat in Amsterdam en als docent verbonden aan de Tilburg University.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*