Salomon Bouman schrijft over Netanyahu in De Vrijdagavond in het artikel Netanyahu heeft gesproken, maar niet gewonnen onder het kopje ‘Iran als boeman’: “Eloquent zoals hij (lees: Netanyahu) is, deed hij een poging Iran als de boosaardige terroristische staat af te schilderen waar tegen Israël in de voorhoede samen met de VS moet vechten om ‘te winnen’.” Bouman vervolgt:
“Iran was en is, zo luidt de Israëlische boodschap, de moeder van al het kwaad en de oorzaak van alle oorlogen en terreur. Maar zouden de Amerikaanse politici werkelijk zo dom zijn dat ze niet zouden kunnen denken dat het onopgeloste Palestijnse conflict misschien de oorzaak is van alle ellende in het Midden-Oosten?”
Kern is religieus/theologisch
Ook hier kunnen we zien hoe moeilijk het is, zelfs voor slimme en goed geïnformeerde journalisten, om te accepteren dat de bron van het Palestijns-Israëlische conflict in de kern religieus/theologisch is en niet politiek. De politieke gevolgen volgen de religieuze basis van het conflict en niet andersom.
Dus als Netanyahu Iran aanwijst als de ‘boosaardige terroristische staat’, constateert hij dat de steun van Iran aan Hamas, Hezbollah en de Houthi’s de islamitische afwijzing is van de legitimiteit van een soevereine Joodse staat.
Dat betekent dat elke politieke realiteit in de regio van het Midden-Oosten, los van de islam, onacceptabel is. Het Midden-Oosten wordt in de moslimtheologie opgevat als het exclusieve ‘huis van de Islam- dar al Islam’. De details van deze afwijzing zijn onder andere gedocumenteerd in het boek van wijlen prof. Hans Jansen: “Waarom Mag Israël Niet Bestaan In Het Midden-Oosten” (2015).
De afwijzing begon niet in 1967, zelfs niet in 1948, maar in de zevende eeuw met de komst van de islam. Israël werd door Allah als verworpen gezien vanwege zijn weigering om Mohammed als zijn nieuwe profeet te aanvaarden.
Niettemin moesten Joden als ondergeschikte gemeenschap van gelovigen worden getolereerd als minderheid (dhimmi) onder de islamitische soevereiniteit, uit respect voor het feit dat zij ooit door Allah waren uitverkoren. (Deze behandeling gold overigens ook voor christenen).
Belediging van de islam
Echter, als soevereine entiteit, onafhankelijk van het islamitische gezag, werd en wordt dit nog steeds opgevat als een belediging van de islam, een vernedering die ondraaglijk is voor de waardigheid van Mohammed.
Zo was de situatie voor Joden die 1400 jaar in de moslimlanden woonden, tot 1948. Het huidige conflict wordt dus niet gedreven door politieke kwesties, maar door de onderliggende diepgewortelde theologische positie van de moslimlanden, trouwens niet alleen in het Midden-Oosten, maar waar ook de islamitische theologie politieke macht heeft.
Interessant genoeg riepen de Palestijnen niet om een Palestijnse staat toen de Westelijke Jordaanoever en de Oude Stad tussen 1948 en 1967 onder het gezag van Jordanië stonden. Geregeerd worden door een moslimstaat is dus duidelijk geen belediging en geen vernedering voor de Palestijnen. Pas toen de Joden regeerden, ontstond er plotseling een Palestijnse nationale behoefte.
Eigentijdse interpretatie
Als leraar Jodendom in Nederland gedurende 28 jaar voor duizenden, voornamelijk christenen, wordt mij vaak gevraagd of er enige hoop is op verzoening. Politieke verschillen kunnen immers opgelost worden, zoals de Goede Vrijdagakkoorden in Ierland laten zien, terwijl religieuze conflicten hopeloos verstrengeld lijken te zijn. Mijn antwoord is dat religieuze teksten die negatieve politieke emoties voeden, geneutraliseerd kunnen worden door een eigentijdse interpretatie.
Bijvoorbeeld door het contextualiseren van de schijnbaar onoverbrugbare bronnen. In elke religieuze traditie, ook de islam, kunnen polemische teksten in hun historische bedding begrepen worden zonder deze op te vatten als eeuwigdurend dogma. Dat zou een manier kunnen zijn om de Jodenhaat in de Koran en in de interpretatieve tradities zoals de hadith te neutraliseren. Maar dat werk moet gedaan worden door de religieuze autoriteiten van die tradities en niet door goedbedoelende, ongeduldige buitenstaanders. En zelfs niet door moslimgeleerden en theologen die sympathie hebben voor dergelijke contextualiseringen van de islam, maar veilig in de vrije wereld leven en alleen daar hun verlichte mening kunnen uiten zonder vermoord te worden.
Dus ja, Netanyahu had gelijk, ook al ging hij voor het Gezamenlijke Congres niet in op de diepere reden voor de haat van Iran jegens Israël.
cover: uit tekening van Shoske Engelmayer. Zie Instagram voor het werk van deze Israelische illustrator die sinds 7 oktober elke dag een postcard uitbrengt over de gegijzelden en andere slachtoffers van Hamas en Hezbollah.
Zeker ‘contextualisering’ is altijd goed, en werkt vast beter van ‘binnen uit’. Maar de wereld is complex en veranderlijk. Lastig om lange lijnen te trekken vanaf de zevende eeuw zonder allerlei verschuivende contexten te zien. Als leek zie ik al de enorme verandering van het Perzië van de Sjah naar het Iran van de Ayatollahs. Zo ook (maar dan in omgekeerde richting) van de ondoordringbare extreem-islamitische VAE naar hypermoderne staatjes waar Europeanen nu naast Israeli bijna bloot aan het strand liggen als uitkomst van de historische Abrahamakkoorden met Israël – een akkoord tot normale betrekkingen dat zelfs Saoedi Arabië (toch niet de minst ‘islamistische’ staat) op het punt stond te tekenen. Kortom, er is wellicht meer politiek onder de zon dan vanuit een theologische blik is waar te nemen …
Ik begrijp die argumentatie van Twi Marx heel goed. Maar het verleden projecteren op de huidige situatie gaat me te ver. Egypte en Jordanië sloten als Moslimlanden vredesverdragen met Israel. Saoedi Arabië, de bakermat van Wahhabisme, was op weg naar normalisering van de betrekkingen met Israel en de PLO was dat ook. Punt van discussie en inzicht dus.
EINDELIJK een column die analytisch, duidelijk, gegrond een ander en echt inzicht geeft dan het alleen afgeven op Netanyahu c.s. zo op het spruitjes niveau ook. Voor mij nu een verademing die bij me aansluit. Diepgang heeft en op feiten is gebouwd. Nu een begin van een echte vrijdagavond.
De tekening bij het artikel toont direct de zwakte van het betoog aan. Iran maakt geen geen deel uit van de Arabische wereld. Sterker nog: er gaapt een diepe, historische en culturele kloof tussen Iran en de meeste Arabische landen, die in sommige gevallen zelfs als regelrechte vijandschap kan worden gekarakteriseerd. Iran probeert al decennia lang zijn invloed te vegroten, maar dat heeft zelden tot stabiele constructieve relaties geleid. Behalve met vaak gemarginaliseerde groepen zoals Hezbollah en Hamas. Met de groeiende instabiliteit door de oorlogen in Irak en Syrie is Irans invloed toegenomen – maar om de Arabische wereld en Iran als een politiek-religieuze eenheid te nemen, gaat geheel voorbij aan de werkelijke internationale verhoudingen. De tekening is dus de uitdrukking van een grote misvatting.