Tv-documentaire: bijna alle omroepen dongen naar de gunst van de Duitse bezetter

Het Verraad van Hilversum 28 aug NPO 2

meisje bij radio zwart wit beeld

Al op jonge leeftijd was het me duidelijk dat het tijdens de oorlog niet pluis was bij de Nederlandse omroepen. 

Dat zit zo. Mijn vaders eerste baan, we spreken over begin jaren vijftig, was die van technisch inkoper bij de Nederlandse Radio Unie, een van de voorlopers van de NOS. Regelmatig verhaalde hij het feit dat er bij de zenders nog allerlei figuren werkten die tijdens de donkere jaren hun medewerking verleenden aan de in 1941 opgerichte nazi-zender De Nederlandsche Omroep. Die informatie zat nog altijd ergens in mijn achterhoofd. 

De afgelopen anderhalf jaar lag er voor mijn collega Karin van Coeverden en mij een grote kluif op ons bord: het realiseren van een televisiedocumentaire over de houding van de Nederlandse omroepen ten tijde van de bezetting. 

Doorgeefluik

Steeds meer Nederlandse instanties raken overtuigd van hun foute rol in allerlei pijnlijke kwesties uit het verleden: de trans-Atlantische slavernij, de bloedige koloniale oorlog in Indonesië en natuurlijk de gewillige medewerking van ambtelijk Nederland aan de Jodenvervolging. Met de publieke omroep als doorgeefluik klonken in de Nederlandse huiskamers excuses, verontschuldigingen en de vraag om vergiffenis. Waardevol, zeker, maar wat is eigenlijk het verleden van die publieke omroep zelf?

Iedere documentaire waarin de geschiedenis een rol speelt, staat of valt met een gedegen onderzoek. Dat is aan Karin van Coeverden wel besteed, ze is een ervaren historica met een eindeloos geduld om ontelbare documenten te selecteren en door te spitten. Al snel dient zich het beeld aan van amorfe, weinig strijdbare omroepen waarvan het grootste deel uit eigenbelang dingt naar de sympathie van de Duitse bezetter. De opbrengst van het onderzoek is eensluidend; dit thema schreeuwt erom te worden verfilmd. Alleen is de vraag: hoe dan?

Essentiële informatie verdwenen

Uit het historisch onderzoek blijken twee voor ons belangrijke feiten: er is een overvloed aan materiaal over de Nederlandse omroepen in 1940 – 1945, maar er is ook veel essentiële (belastende) informatie verdwenen. Een tweede gegeven is dat er niemand meer in leven is die tijdens de bezetting in welke functie dan ook bij de omroep werkzaam was. Wie nog wel springlevend is, is Dick Verkijk (1929). 

Als verslaggever werkte hij voor onder meer de VARA, VPRO en NOS en hij is de schrijver van het boek Radio Hilversum 1940-1945, het officieuze standaardwerk over de omroepen in de oorlog. 

Verkijk ontvangt ons voor een kennismaking thuis in Haarlem en is bereid zijn visie op het thema te delen. Ook al is het vijftig jaar geleden dat zijn belangrijke boek uitkwam, hij staat nog volledig achter de inhoud. Hij stelt zelfs dat als er nu weer een bezetting zou volgen, de omroepen niet anders zouden handelen dan in 1940.

Sleutelfiguur Arthur Freudenberg

Al snel volgt een uitgebreid interview met Verkijk. De locatie is de bovenste verdieping van het NTR-gebouw met uitzicht op het Hilversumse Mediapark. De vroegere verslaggever gaat onder meer in op een sleutelfiguur uit de Duitse periode, de Sonderführer Arthur Freudenberg. Deze geheimzinnige figuur gaf namens de SS Propagandakompagnie Holzhammer leiding aan de omroepen, een feit dat ook prominent naar voren kwam in Karin’s onderzoek. 

Samen met mijn collega Karin, cameraman Adri Schrover en geluidstechnicus Wouter Veldhuis reisden we naar de Poolse stad Wroclaw voor het optekenen van de geschiedenis van de zender de Schlesische Funkstunde die voor Nederland in meerdere opzichten van belang is geweest. 

SS-officier Arthur Freudenberg wordt als nieuwe directeur van Hilversum met alle egards ontvangen door de leiding van de AVRO (15 mei 1940)

De tweede persoon die we aan een vraaggesprek onderwerpen is de Poolse radiodirecteur Miroslaw Ostrowski. Hij geeft leiding aan de zender Radio Wroclaw. De stad Breslau werd na 1945 Wroclaw en de Schlesische Funkstunde heet vanaf toen Radio Wroclaw. Ostrowski werkt dan ook in hetzelfde gebouw waar de latere Duitse zetbaas in Hilversum Freudenberg zijn loopbaan van hoorspelregisseur begon. 

“Hier brak honderd jaar geleden de moderne radiotechniek door, wat zich vertaalde in voor die tijd ultramoderne programma’s. Maar met de komst van de nazi’s was het over en uit en dicteerde Berlijn de uitzendingen”, aldus de directeur.

Verder spreken we tal van betrokkenen en deskundigen, onder wie historicus Bart Wallet, journalist Henk van Gelder, oud radiotechnicus Koos Koolschijn, programmamaker en onderzoeker Marnix Koolhaas, oud AVRO-journalist Nico Steenbergen, voormalig VPRO-directeur Jan Haasbroek en Piet Hagen, journalist en deskundige op het gebied van de journalistiek tijdens de oorlog. Vrijwel alle geïnterviewden zijn min of meer verbaasd dat ze zoveel jaar na dato worden verzocht om te reflecteren op de rol van de omroepen in die periode, maar vinden het voor de geschiedschrijving van belang hun medewerking te verlenen. 

Angstige organisaties

Het resultaat zal veel Nederlandse Joden niet bijzonder verbazen: een groep angstige organisaties ontvangt de Duitse bezetter met de nodige egards en verklaart zich bereid om coöperatief samen te werken. Natuurlijk zijn er uitzonderingen, een ervan is de VARA die weigert een scheiding aan te brengen tussen Joods en ander personeel. Maar dat ook de Joodse VARA-medewerkers door toedoen van de bezetter eraan moeten geloven is slechts een kwestie van tijd. Al veel eerder, nog geen twee weken na de Duitse inval, beëindigt de AVRO de samenwerking met zijn Joodse programmamedewerkers en zo worden onder andere sportverslaggever Han Hollander, zangeres Jetty Cantor, koorleider Jacob Hamel, dirigent Albert van Raalte en componist Dolf Karelsen de laan uitgestuurd. 

De KRO was er al een jaar eerder bij, in 1939 ontsloeg de katholieke omroep vijftien Joodse musici uit het huisorkest.

Propagandazenders

Het verraad van Hilversum is een stevige titel voor de documentaire. Uit ons onderzoek is gebleken dat de omroepen zich als propagandazenders hebben uitgeleverd aan de bezetter en twee ervan hun Joden al ontsloegen voordat de officiële anti-Joodse maatregelen waren ingegaan. Ik ben ervan overtuigd dat er aan die titel geen letter gelogen is.


cover: still uit de documentaire Het Verraad van Hilversum

Over Alfred Edelstein 6 Artikelen
Alfred Edelstein is eindredacteur van de Joodse Programmering van de EO. Deze redactie ontstond in 2016 na de opheffing van de kleine levensbeschouwelijke omroepen door het Kabinet Rutte II, waaronder de Joodse Omroep. Eind jaren zeventig begonnen als radioverslaggever, bereikte hij o.m. via een journalistieke post op het Haagse Binnenhof in 1992 de wereld van de documentaires.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*