Kleine Moses en andere straatventers als de brillenjood, zuurjood en lompenjood in Mokum
We mogen nu klagen over te veel toeristen in Amsterdam, te veel fatbikes en ander verkeer, in 1929 telde de stad zo’n zesduizend straatventers. Dit had zo z’n voordelen. Je hoefde, als Amsterdammer, niet ver te lopen om je boodschappen te doen. Sterker: veel straatventers kwamen aan je deur. Nadelen waren er ook: om je te wijzen op hun aanwezigheid, verhieven de straatventers hun stem. Niet een beetje, en heel hard. Onder die straatventers waren … [Lees verder]