Professor Zelig Zelmanovitch

“Heb je dan niet gelezen wat er in het Joodse krantje stond?”

Mokum op de Gracht is een roman van Lody van de Kamp die in feuilletonvorm verschijnt op De Vrijdagavond Deel 27 1 augustus  1940 Tante Selma hangt bijna elke avond bij ons rond, met de kinderen. En dan zit ze de hele tijd te janken. Ik begrijp dat wel. Oom Levie is niet meer thuis gekomen. Bij het gevecht tegen de moffen is hij ‘gesneuveld’. Dat woord had ik net geleerd bij geschiedenis. ‘Gesneuveld’.  Moet … [Lees verder] … [Lees verder]

Professor Zelig Zelmanovitch

Doet niemand dan iets? Waarom houden die smerissen op hun paarden die moffen niet tegen?

Mokum op de gracht is een roman over Joods Amsterdamdoor Lody van de Kamp verschijnt in feuilletonvorm inDe VrijdagavondAflevering 26 15 mei 1940  Vanochtend zitten we voor het eerst weer in de klas. Wat ben ik blij dat ik thuis even kan ontvluchten. Toen we vrijdagochtend hoorden dat de moffen de grens waren overgestoken brak thuis paniek uit. Mama ging niet naar ‘t werk. Papa kwam na een half uur alweer thuis. Hij gooide zijn … [Lees verder] … [Lees verder]

Parasja

Vergankelijkheid in de rechtsstaat

“In alle poorten die de Eeuwige ons geeft, dat wil zeggen in het hele Heilige Land, moeten rechters en handhavers worden aangesteld”. Een samenleving zonder rechtsgang en rechtsorde heeft geen bestaansrecht. Op basis van deze regelgeving ontstaat een burgermaatschappij waar niet alleen alle plichten die mens heeft tegenover zijn medemens en tegenover de Eeuwige worden nageleefd, maar waar ook de rechten worden gewaarborgd.  Met deze inleidende toezegging begint de wekelijkse Parasja (Dewariem/Deutronomium 16:18 tot en … [Lees verder]

Professor Zelig Zelmanovitch

‘Chacham Ricardo, ook ik wens u een Poeriem Alegre. Met een waardige groet aan mevrouw Ricardo.’

Mokum op de Gracht is een roman van Lody B. van de Kamp die in feuilletonvorm verschijnt op De Vrijdagavond Deel 25 24 maart 1940 Papa oefent ook dit jaar thuis met Jaap en Brammetje. Met zijn tallis1 om, de zilveren jad2 in zijn hand, zingt hij zachtjes uit de megille die voor hem op tafel ligt.  Mijn broertjes staan naast hem met hun houten ratels klaar in hun hand. ‘Jongens, luister, daar komt het. … [Lees verder]