Jesjoea, de eerste en enige Joodse paus

DEEL 1

Wie door de nauwe straten van het oude getto van Rome wandelt, treft met enig geluk een kring aandachtig luisterende kinderen aan. Ze missen geen woord van het verhaal over de Joodse paus.

Van deze legende verschenen vanaf begin zeventiende eeuw verschillende gedrukte versies. Ik bewerkte de variant waarin de paus net als zijn vader rabbijn Samuel een bijzonder goede schaker is.

Historische elementen van het verhaal gaan terug op Pietro, een nazaat van de machtige Romeinse familie Pierleoni die als paus Anacletus II regeerde van 1130 tot zijn dood in 1138. Voorvaderen van deze familie waren tot het christendom bekeerde Joden. In onderstaande variant van de legende wordt de toekomstige paus geboren in het gezin van rabbi Samuel en zijn vrouw Lia. De gelukkige ouders noemden hun zoon Jesjoea. Maar met hem was iets bijzonders aan de hand, want…  

Wonderkind

Kort na Jesjoea’s geboorte sprak iedereen van een wonder, want het kind zat rechtop als een volwassene en glimlachte naar zijn verbaasde en gelukkige ouders. Meer verrassingen volgden: Jesjoea kon met vier maanden al praten, las en schreef toen hij twee was en als driejarige schaakte hij met veel plezier. In de Joodse wijk van het kleine Duitse stadje (mogelijk Mainz) waren de bewoners voortdurend in een staat van opwinding en Jesjoea werd omringd door bewonderaars en nieuwsgierigen.

De schaakkampioen rabbijn Samuel was in zijn nopjes. Eindelijk kon hij zich meten met een tegenstander die zijn aandacht waard was. Zijn zoon Jesjoea was een fenomeen en de rabbijn was buitengewoon trots op hem. Al snel leerde hij hem de beroemde ‘Samuel-zet’ die hij zelf had uitgedacht. De zet ging zo: het paard, beschermd door de toren, werd opgeofferd om vervolgens met een simpele pion schaakmat te geven. 

Vooral in de studie blonk het wonderkind werkelijk uit. De studie bestond uit lernen uit de Tora, Talmoed en de Misjna. Het waren dus hoofdzakelijk religieuze studies. Jesjoea’s eerste leraar was zijn vader, die hem de Mysteriën van de Wet onderwees en hem misschien wat te vroeg inwijdde in het lezen van het Sefer Jetsira, het Boek van de Schepping. Zo had Jesjoea zich een perfecte kennis van de Bijbel, de Gemara en de Commentaren eigen gemaakt. Het volstond dat hij een tekst één keer doornam om hem uit het hoofd te kennen.

Sefer Jetsira, The Book of Creation

Geest van het Kwaad

Jesjoea wijdde zich dag en nacht aan de studie, gedreven door een onstilbare honger naar kennis. Tot op een dag de duivel der ijdelheid hem aansprak. De geest van het Kwaad fluisterde hem in het oor:

‘Je verspilt je tijd op een plek als deze.’
‘Wat zou ik dan moeten doen?’, vroeg Jesjoea.
‘Begrijp je dat niet? In deze gemeenschap kom je niet tot je recht.’
‘Ja, dat weet ik’, verzuchtte Jesjoea.

‘Joden begrijpen geen grote mannen. Voor hen is een groot geleerde evenveel waard als een eerlijke schoenlapper en volgens hun manier van denken telt een goede vrouw die brood bakt niet minder dan de koningin van Be’er Sheva. Denk daar eens over na. Maar ergens anders.’

‘Waar dan?’

‘Hoezo? Weet je dat niet? Bij de christenen natuurlijk. Bij hen liggen de zaken omgekeerd. Iemand met jouw kennis en intelligentie zouden ze tot kardinaal maken, en wie weet zelfs tot paus. Dáár zou je pas echt gelukkig zijn! Ze zouden je in een processie ronddragen als een afgod en iedereen zou voor je knielen!’

‘Precies zoals in het gebedshuis!’, zei Jesjoea sarcastisch. Verbitterd bedacht hij hoe zijn immense geleerdheid voor iedereen vanzelfsprekend leek en daarom werd hij doodgezwegen.

‘Wat doe je hier eigenlijk? Je tijd verkwisten met buurvrouwen advies geven over de spijswetten?’
‘Mijn vader zou sterven van verdriet’, dacht Jesjoea.
‘Ja, omdat hij dan niemand meer zou hebben om mee te schaken’, spotte de Geest van het Kwaad.

‘En de Heilige der Heiligen?’

‘God is Mysterie. Je zult hem je hele leven najagen zonder ooit het geheim van zijn Aangezicht te ontsluieren. Wat zegt het Boek van de Schoonheid over Hem? Het zegt: ‘Gij die U verbergt in de diepten van het Niets en Uw Aangezicht met Duisternis bedekt.’ En: ‘Als Hij een mysterie is, wat weten wij dan van Zijn wil?,’ voegde de duivel eraan toe, bedreven als hij was in de dialectiek.

‘Hij heeft ons de wet gegeven, waarop alle dingen rusten met haar heilige woorden’, zei Jesjoea.

Spottend

‘Zie je hoe intelligent je bent? Op elke vraag heb je een antwoord klaar!’, antwoordde de duivel spottend, en voegde eraan toe: ‘Het pauselijke hof wacht op je. Je naam zal een Latijnse en glorieuze naam zijn.’*

Op een dag verliet Jesjoea zonder iemand iets te zeggen het leerhuis en begaf zich naar een grote abdij waar een beroemde theoloog woonde. Toen deze hoorde dat een Jood zich wilde bekeren, snelde hij naar het gastenverblijf om de ziel die gered moest worden te ontvangen.

Hij begon direct met de lessen, maar ontdekte al snel dat zijn leerling meer wist dan hijzelf. Jesjoea had de Vulgaat** reeds lang bestudeerd, kende alle varianten en legde nu graag de betekenis ervan uit ten voordele van het nieuwe geloof. Het was verbazingwekkend dat een neofiet zo ver was ingewijd in het christelijke geloof, iedereen vatte dit op als een teken van God. Jesjoea werd tot priester gewijd, toen tot bisschop en uiteindelijk kardinaal gemaakt. De jaren gingen voorbij en onze Jesjoea bleef onvermoeibaar studeren. 

In die tijd verschenen en verdwenen pauzen op de Heilige Stoel met de snelheid van vallende sterren. De machtige Romeinse families kozen de opvolger van Petrus naar hun eigen belangen en drang naar macht. De intern gespleten Curie besloot om die half-Duitse kardinaal tot paus te kiezen ook al kon de kandidaat ternauwernood de wapenschilden van de machtige families Vitelleschi en Frangipane uit elkaar houden en hij zijn dagen (en een groot deel van de nachten) gebogen over zijn boeken doorbracht. 

*in sommige versies van deze legende werd Jesjoea als kleuter geroofd en clandestien gedoopt.
**(red) De Vulgaat is een Bijbelvertaling in het Latijn die tussen 390 en 405 gebruikelijke jaartelling door Hiëronymus werd gemaakt in opdracht van paus Damasus.

Verveling

Zo werd Jesjoea, de zoon van rabbijn Samuel, ten slotte paus en kwam het lot van de kerk van Rome in zijn handen. De voorspelling die Satan hem ooit had gedaan in het kleine gebedshuis in zijn verre geboorteplaats, was uitgekomen. Maar wat was er nu eigenlijk voor hem veranderd? Nadat hij enige orde bracht in het chaotische huis van Petrus en daarna de kerk bestuurde naar recht en waarheid, begon de paus zich dodelijk te vervelen. 

wordt vervolgd

Voor noten en verwijzingen zie deel 2: De Legende van de Joodse Paus


cover: Mozaïek paneel in de St Pieters Basiliek, Rome. Bron: Wikimedia Commons

Over Gerrit Van Oord 15 Artikelen
Gerrit Van Oord (1948) Groeide op in Amsterdam-Zuid, woont sinds 1982 in Rome waar hij tot 1995 Nederlands aan Italianen onderwees. In 1990 was hij mede-oprichter van de uitgeverij Apeiron Editori. Behalve uitgeven vertaalt hij non-fictie uit het Nederlands in het Italiaans (bijv. Abel J. Herzberg, J. Huizinga.) en andersom. Sinds 2002 volgt hij de Italiaanse Etty Hillesum-receptie en publiceert daarover. Is redactielid van het jaarboek Cahiers Etty Hillesum en actief in de AYN-T, Studievereniging Joods-Duitse Cultuur opgericht in Rome.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*