Ongeveer twintig jaar geleden was ik gast op een chatoena van Nederlandse vrienden in London.
Ik zat naast een jong Nederlands niet-Joods stel dat ook trouwplannen had en wel binnen afzienbare tijd. Zij was afgestudeerd aan de Koninklijke Militaire Academie in Breda en had een goede functie in het Nederlandse leger, haar vriend was wijnimporteur.
We raakten bevriend. Ze kwamen bij ons thuis en ik bij hen. Op enig moment kreeg ik een uitnodiging voor hun huwelijksfeest in het Muiderslot. Er waren veel hoge militairen aanwezig. Het was bijzonder. Normaal bevind ik mij niet in deze kringen.
Mijn disgenoot aan het feestelijk diner was een oud-militair met een hoge rang uit Den Haag. We raakten in een geanimeerd gesprek. Op enig moment, enkele maanden nadat we elkaar hadden ontmoet, kreeg ik een uitnodiging voor een borrel met mijn nieuwe vriend.
Hij vertelt mij uitvoerig dat hij als oud-militair is gevraagd als militair adviseur voor een film die geproduceerd zou worden over de heroïsche strijd in 1940 op de Grebbeberg.
Een weinig belende reden dat de strijd om de Grebbeberg werd verloren, was, zo vertelde hij, dat een paar weken voor het uitbreken van de oorlog enkele Duitse spionnen op bezoek gingen bij het
Ouwehands Dierenpark.
In de buurt van de dierentuin stonden brandtorens voor de brandwachten, die de spionnen beklommen en een open kijk hadden op de verdedigingslinie van onze soldaten. Zij brachten alles in kaart wat ze konden waarnemen, wisten exact waaropn ze hun wapens konden richten om de Grebbeberg te
veroveren. Onze soldaten waren daar kansloos. Waaruit duidelijk werd dat Nederland niet zomaar onder de voet was gelopen.
Het zou de kostbaarste Nederlandse filmproductie worden van na de oorlog en hij wilde mij bij dat project betrekken. Oj, ik?
Joodse frontsoldaten
Zijn idee was al volgt. Er waren natuurlijk ook Joodse soldaten aan het front. Als ik kon aantonen dat er Joodse soldaten betrokken waren bij de verdediging van de Grebbeberg, zou ik dan Joodse fondsen kunnen aanspreken?
Een bekende Joodse soldaat was Maduro, maar die is nooit op de Grebbeberg geweest. Ik raakte helemaal betrokken bij het fascinerende project. Ik werd op allerlei vergaderingen en besprekingen uitgenodigd. De filmacteurs waren al bezig zich in te lezen en hun rollen en teksten te leren.
Ik werd uitgenodigd voor een bijeenkomst met een deel van de acteurs die een kleine voorstelling gaven in hun militaire outfit op het voormalige hoofdkantoor van Prins Bernhard in de bossen bij Amersfoort. Zijn glas whisky stond nog ingeschonken op zijn bureau. Een grote collectie privéfoto’s hing aan de muur.
In een zaal werd, tijdens een maaltijd, een voorstelling gegeven van een klein deel uit de te maken film. Het was heel bijzonder. Het Ministerie van Defensie stelde militair materieel ter beschikking. Helaas is de film nooit gerealiseerd. De Joodse soldaat ontbrak.
Naschrift
Enkele jaren geleden speelde ik een partijtje golf. Na de partij sta ik aan de bar en kom in gesprek met een heer die ook meespeelde. De man stelde zich voor Aron van Dam. Hij had kort geleden ontdekt dat hij Joods was. Dat heb ik heel vaak meegemaakt. De Sjoa is nog steeds niet voorbij.
Aron vertelde me zijn levensverhaal. Hij was als jongeman in dienst geweest. Hij heeft op de Grebbeberg gevochten. Dus er was toch in ieder geval één Joodse soldaat die daarbij betrokken was.
cover: Nederlandse soldaten op de Grebbeberg, bron: inkleuring Julius Jääskeläinen, bron: Wikimedia commons
Jammer dat die film nooit gerealiseerd is.
Er was nog een Joodse soldaat op de Grebbeberg! Mijn vader, Ies Pels uit Nijmegen, heeft als dienstplichtig soldaat gevochten op de Grebbeberg bij Rhenen en is, samen met andere soldaten, als krijgsgevangene naar Duitsland gebracht. Eerst was hij een paar dagen in Meppen, waarna ze naar Lückenwalde, in de buurt van Leipzig werden gebracht. Na ongeveer 3,5 maand kwamen ze terug in Nederland, in Westervoort bij Arnhem werden ze ‘vrij’ gelaten.