Deze week begreep ik iets meer van het Israëlische hightech-wonder. Ik bezocht de school in Ramat Hasharon waar mijn tienjarig kleinkind de wereld leert te ontdekken. Het wonder zou wel eens vrede kunnen brengen.
Vijftien kinderen zaten in de buitenlucht opgestelde tafeltjes achter hun computers. Ieder kind had een eigen programmaatje gemaakt. Met hulp van de onderwijzers neem ik aan.
Een klein meisje had een reis in de ruimte uitgewerkt. Ze liet haar fantasie de vrije loop. Een jongen had een robot bedacht om het leven gemakkelijker te maken. Een ander kind was wat praktischer aangelegd en had haargel meegenomen dat je via een borstel in je haar kon aanbrengen. Ik moest het van hem proberen.
Op speelse wijze vond ik het nogal indrukwekkend. Kinderen die serieus plannen maken over hoe en wat anders kan. Zo leren ze ook denken natuurlijk. Een meisje rende op me af. Kom naar mijn ruimtevaartprogramma kijken. Ik ben nog niet in de raket gestapt om dit stukje naar De Vrijdagavond krant te kunnen sturen.
openlijke relaties
Dit schoolbezoek associeerde ik met ander nieuws, het recente bezoek van de minister van defensie Benni Gantz aan Saoedi-Arabië.
Een nogal opzienbarende ontwikkeling in de reeks van openlijke relaties met andere Arabische landen. Dat Soeni-Arabische landen er niet meer tegenop zien geheime en openlijke relaties met Israël te onderhouden, is een reactie op angst voor Iran, de grote rivaal van de Arabische wereld in het Midden-Oosten. De Palestijnen betalen daarvoor de prijs. Misschien is dat wel het antwoord op de vraag waarom Hamas heeft nagelaten – gelukkig maar – op Jeruzalemdag (op 29 mei) geen raketten op Israël af te schieten richting Jeruzalem.
Diplomatiek en militair zijn de Palestijnen in het defensief. De Arabische wereld is meer geïnteresseerd in de Israëlische hightech dan in de Palestijnse vrijheidsdroom. De kinderen op de school achter hun computers hebben de sleutel in de hand voor Israëls toekomst.
Geef als eerste een reactie