Ex-Vroom en Ex-Vrij
Briefwisseling tussen twee Joodse vrouwen, de ene afkomstig uit de meest vrome wereld de ander uit een geassimileerd milieu.
En weer inspireer je me, lieve D-P. Ondanks al je tegenslag refereer je aan een aspect van je achtergrond dat me aan het denken zet.
In je zesde brief vertel je over de problemen die je Bed&Breakfast treffen. Over onberekenbare loodgieters en een boosaardige gast. Als reactie haalde je de mezoezot van de deurposten van je huis. Dat raakte me.
Je schrijft: “Wist je dat ik de laatste twee mezoezot die ik in huis had hangen, eraf heb gehaald? In mijn jeugd leerde ik hoezeer ze het huis zouden moeten beschermen, maar het echte leven laat precies het tegenovergestelde zien. Of zouden die lekken en overstromingen daardoor komen? Dat is nou wat er nog in mijn hersenpan blijft hangen, na zo’n opvoeding. Vooral schuldig voelen dat ik geen mezoezot heb hangen, hè?”
Naast de ellende van ‘lekken en overstromingen’ lees ik tussen de regels hoezeer een opvoeding in de strengste vorm van het Jodendom je leven heeft bepaald. Zowel in het ophangen van die twee mezoezot als het weghalen ervan toen je huis zoveel tegenslag bracht.
Ik vermoed dat je echt geloofde in de werking van die kleine kokertjes met een stukje ‘heilige’ tekst erin.
Wat moet het frustrerend zijn om als kind of jong volwassene te merken dat gebeden niet worden verhoord, dat ‘bad things happen to good people’.
Deze uitspraak is van rabbijn Harold Kushner, een conservative rabbi en veelgeprezen schrijver.*
Harold S Kushner is een van die Joodse denkers die me inspireerde toen ik in de jaren tachtig mijn seculiere opvoeding begon te ondervragen. Ik geloofde niet meer louter in ‘de wetenschap’ en in ‘de vooruitgang’ zoals ik kreeg ingepeperd. Kushner was toen een van weinige rabbijnen die zich specialiseerde in wat wij tegenwoordig ‘spirituele’ zaken noemen, ofwel het mentale in het dagelijks leven. Een rabbijn die woorden van steun vindt en overdenkingen als je in de penarie zit. Zijn boeken inspireerden me, naast de vele academische studies die ik in de jaren negentig las als wetenschapsjournalist gespecialiseerd in Jewish Thought. Jazeker, de appel valt nou ook weer niet zover naast de boom…
Kushner komt op een Godsbeeld uit dat, even kort door de bocht, staat voor God als alomtegenwoordige goedheid, maar geen alomaanwezige God is. Dat laatste is essentieel. Want dan blijven mensen verantwoordelijk voor hun gedrag, fout blijft een mensenfout, en is geen gebrek aan vroomheid. Die alom tegenwoordige goedheid bleek heel troostrijk te zijn. Iets dat veel groter is dan jijzelf, dat jezelf en je sores even uit het centrum haalt. Iets onmetelijks groots waar je bij kan intunen voor inspiratie of troost. Het belooft ook een betere toekomst, althans, zo merkte ik, een toekomst met meer peace of mind. Want je kan, met veel oefening, je gedrag veranderen en je focus verleggen naar iets anders dan je eigen ego en de pech die je treft.
Kijk lieve D-P, praten over geloof – zo taboe in Joods Nederland – daartoe inspireerde je me. En is dat niet juist het speelveld voor Vrijdenkers?
Rabbi Kushner is een van die moderne Joodse denkers die van mij een ex-seculier maakte. Die tools aanreikten die ik niet van huis uit meekreeg. Het is ongetwijfeld een geloof, in mijn geval een geloof in waarachtige verhalen van denkers met flink wat bagage, van aansprekende beelden en referenties naar waardevolle tradities. Met objecten of artefacten (door mensen gemaakte dingen) om rituele handelingen mee te verrichten. Hoe goed is zo’n handeling niet om even je sores te vergeten? Een ritueel zoals het aanraken van je mezoeza bij het binnenkomen van je kamers of het aansteken van kaarsen in de sjabbatkandelaar of chanoekia.
eentje heb liggen
Ach ja, lieverd, ik begrijp best dat je die mezoezot in een la stopt, en daarmee wegstopt in de ‘la van de geschiedenis’.
Mocht je ooit je huisje toch weer willen inwijden, hoe je dat dan ook gaat doen, weet dan, ik heb er nog eentje liggen.
Nu lees ik het verhaal van de Macabeeërs die ruim 2100 jaar geleden een wonder meemaakten die we zovele generaties aan elkaar doorvertellen, of het verhaal nu waar is of niet, wat maakt het uit. Ik haal die kaarsjes voor de chanoekia uit de la. Straks zeg ik de beracha voor chanoeka om even aan te sluiten bij de traditie en, als het meezit, in te tunen op die alomtegenwoordige liefde.
*In het Nederlands verschenen de volgende titels van Kushner:
- Als ’t kwaad goede mensen treft, 1984, uitgeverij Ten Have, Baarn, oorspronkelijke titel: When Bad Things Happen to Good People
- Hoe goed moet een mens zijn?, 1996, uitgeverij Ten Have, Baarn, oorspronkelijke titel: How Good Do We Have to Be?, To Life!
- Niets meer te wensen en toch niet gelukkig, op zoek naar de zin van het leven., 1986, uitgeverij Ten Have, Baarn, oorspronkelijke titel: When all you’ve ever wanted isn’t enough
Geef als eerste een reactie