Onverwacht snel, maar het was zover. Donderdag 8 mei 2025 om 18.07 uur kwam witte rook uit de schoorsteen op het dak van de Sixtijnse Kapel.
Het conclaaf van 133 kardinalen had besloten dat de Amerikaan Robert Francis Prevost het hoofd van hun kerk zou zijn. Hij noemt zich Leo XIV.
De online nieuwsrubriek van het in Rome verschijnende maandblad Joodse Bladen (Pagine Ebraiche), uitgegeven door de Unie van de Italiaanse Joodse Gemeenschappen (Ucei), publiceerde nog dezelfde avond de gelukwensen van haar voorzitster mevrouw Noemi Di Segni:
‘De Italiaanse Joodse gemeenschappen wensen kardinaal Robert Francis Prevost, paus Leo XIV, oprecht geluk met zijn benoeming. Het is een dag van vreugde, die hoop geeft en de harten opent van alle gelovigen van de christelijke kerken.’
Ook de opperrabbijn van de Romeinse Joodse Gemeenschap, Riccardo Di Segni, sprak zijn gelukwensen uit, vergezeld van de verwachting van continuïteit:
‘Ik wens de pas gekozen paus Leo XIV veel succes met de hem toevertrouwde veeleisende missie voor het welzijn van de mensheid. Ik vertrouw erop dat hij zich inzet om de bestaande relatie van samenwerking, respect en vriendschap tussen onze gemeenschappen te behouden en te bevorderen.’
Dialoog
De Unie van Jonge Joden van Italië meldt dat zij de wensen van opperrabbijn Di Segni onderschrijven. Zij richten zich met name tot de katholieke jongerenorganisaties ‘waarmee wij al jaren een dialoog op basis van wederzijds luisteren, kennis en authentieke confrontatie delen’.
Tot zover de goede wensen. In de tweede alinea van haar persbericht gaat voorzitster Di Segni nader in op enkele belangrijke kwesties in verband met de benoeming en het op 18 mei 2025 beginnende pontificaat.
Zij begint met de vaststelling dat de kerk voor het eerst geleid wordt door een paus uit de Verenigde Staten, ‘het land met de omvangrijkste Joodse presentie ter wereld’. Vervolgens schrijft ze dat de ‘historische uitdagingen, de zware existentiële en morele beproevingen waarmee wij geconfronteerd worden in Europa en het Midden-Oosten, de verscheurende oorlogen en bedreigingen, op iedereen een beroep doen, maar vooral op de religieuze leiders, om jegens elk levend wezen met verantwoordelijkheid te handelen.’
Diplomatieke betrekkingen
Na dit appèl noemt ze drie belangrijke aspecten – antisemitisme, Israël, dialoog – van de relatie tussen de Joodse en Christelijke gemeenschappen en geeft aan wat zij van de nieuwe paus verwacht.
Noemi Di Segni, voorzitster Unie van de Italiaanse Joodse Gemeenschappen, beeld: Ucei
– ‘Het beleid dat hij zal voeren in de strijd tegen het antisemitisme en het voortzetten van de diplomatieke betrekkingen met de Staat Israël, zullen wij nauwlettend volgen.’
– ‘Gesterkt door de dialoog waaraan de katholieke kerk met de Joodse gemeenschappen heeft vorm gegeven in de zestig jaar die sinds de publicatie van Nostra Aetate zijn verstreken, en in het besef dat een oprechte vriendschap gebaseerd is op kleine dagelijkse gebaren én op plechtige momenten van confrontatie, sluiten wij ons aan bij de oprechte gelukwensen voor het begin van dit nieuwe pontificaat. Wij spreken de hoop uit dat paus Leo XIV een bron van universele rust en verzoening zal zijn.’
Nostra aetate
Over de tekst van voorzitster Di Segni een enkele opmerking.
Zestig jaar geleden, 28 oktober 1965, verbreidde paus Paulus VI de Conciliare Verklaring Nostra aetate (Onze tijd), over de relatie van de kerk met niet christelijke religies en (als zelfstandige tekst) ontstaan tijdens het Tweede Vaticaanse Concilie. Dit theologische geschrift was van grote betekenis voor de Italiaanse en vooral Romeinse Joodse gemeenschap.
Men denke bij wat voorzitster Di Segni noemt ‘plechtige momenten’ bijvoorbeeld aan de bezoeken van drie pausen aan de Grote Synagoge in Rome: Johannes Paulus II op 13 april 1986, Benedictus XVI op 17 januari 2010 en paus Franciscus op 17 januari 2016.
Zestig jaar ‘dialoog’ heeft zich natuurlijk niet alleen afgespeeld in Rome en Italië, integendeel, de geschiedenis ervan werd door katholieken en joden op talloze plaatsen in de wereld geschreven. In Amerika en Israël, maar ook in Nederland.
Game changer
Paragraaf 4 van Nostra aetate betekende een keerpunt in de relatie met de Joden. Een ‘game changer’ volgens de Amerikaanse rabbijn Noam Marans, directeur van het American Jewish Committee. De eeuwenlang door de kerk gebruikte beschuldiging dat het Joodse volk schuldig zou zijn geweest aan de dood van Jezus werd nu resoluut afgewezen. Ik beperk mij hier tot de twee termen uit de Verklaring die we in de hierboven weergegeven gelukwensen ook aantreffen: dialoog en antisemitisme. We lezen in genoemde paragraaf 4 dat ‘gezien de grote spirituele rijkdom (patrimonium) die christenen en joden met elkaar delen’ de opstellers wensen te komen tot een ‘broederlijke dialoog’. En even verderop: ‘de kerk … betreurt de haat, de vervolgingen en alle uitingen van antisemitisme (antisemitismi manifestationes) jegens de joden in elke tijd en door wie dan ook.’
Afwachtende houding
We weten dat de ‘dialoog’ sinds 7 oktober 2023 in een kritische fase is gekomen. Vooral de kwestie rond de zogenaamde ‘genocide’ these in november, en die van de ‘keffiyeh’ in de kerststal in december 2024, brachten in de relaties met de diaspora en met Israël een flinke verslechtering teweeg.
Het wekt daarom geen verbazing dat zowel de voorzitster van de Unie van de Italiaanse Joodse Gemeenschappen als de opperrabbijn van Rome Riccardo Di Segni hun gelukwensen formuleren in koele diplomatieke termen. Zij drukken daarmee een afwachtende houding uit.
NB. De achternaam Di Segni is frequent in Italië. De opperrabbijn van Rome en de voorzitster van de Unie zijn geen familie.
cover: Rabbijn Riccardo Di Segni en paus Franciscus, 2016
Geef als eerste een reactie