In twee afleveringen vertelt Will de Jong hoe de Europees-joodse jazzscene in het Interbellum aan de basis stond van de oprichting van het fameuze Blue Note label. Daarbij speelden twee vrienden een belangrijke rol, een fotograaf en een jazzliefhebber.
Berlijn als Jazz hoofdstad
De lijst van beroemde fotografen met joodse roots die in Berlijn werden geboren is lang. Denk aan onder meer Gisèle Freund, Erwin Blumenthal, Erich Salomon en Helmuth Newton.
Een naam die wat mij betreft in dit rijtje thuishoort en zijn plaats in de Hall of Fame van de fotografie meer dan verdient, is Francis Wolff (1907-1971). Wolff is bekend in de wereld van de jazzliefhebbers, maar te weinig daarbuiten.
Francis Wolff werd geboren als Jakob Franz Wolff in een Berlijns well to do gezin van kunstliefhebbers. Al op jonge leeftijd had hij belangstelling voor jazz, een belangstelling die een levenslange passie werd.
Dat is niet zo vreemd als op eerste gezicht lijkt: Berlijn was tijdens het Interbellum de Europese ‘Jazz hoofdstad’ die bezocht werd door tal van Amerikaanse jazz iconen.
Alfred Loew werd Lion
Zo maakte Wolff al jong kennis met klarinettist Sydney Bechet, saxofonist Coleman Hawkins, en met het orkest van Paul Whitman.
Ook waren er Duitse jazz bands zoals ‘Stefan Weintraub’s Syncopators’. Op weg naar school ontmoette Wolff als tiener zijn soulmate de in 1908 geboren Alfred Loew. In Amerika zou hij zich Alfred Lion noemen. Met Alfred, afkomstig uit een kunstminnende architectenfamilie, deelde hij een passie voor jazz.
Goodbye to Berlin van Christoff Isherwood
Wolff en Lion bezochten samen concerten en waren regelmatig te vinden in de bekende Berlijnse nachtclub Eldorado, een vrijplaats voor de toenmalige LHBTQ scene, uitvoerig beschreven door Christoff Isherwood in Goodbye to Berlin uit 1939, de basis voor de film Cabaret uit 1972 met Liza Minnelli in de hoofdrol.
Met het toenemen van de macht van de nazi’s verslechterde het klimaat voor de jazzmuziek. Begin jaren dertig vaardigde de regering een decreet uit waarin het spelen of luisteren naar zogeheten Neger Musik volledig werd verboden.
Wolff als modefotograaf in Berlijn
Francis Wolff had zich intussen in Berlijn gevestigd als (mode) fotograaf. Het is niet bekend bij wie en wanneer hij zijn opleiding genoten had. Sowieso is over zijn leven opvallend weinig bekend. Maar de veronderstelling dat hij op de hoogte was van het werk van Bauhaus fotografen als onder meer László Moholy-Nagy (1895-1946), Lucia Moholy (1894-1989) en Paul Citroen (1896 -1983) ligt voor de hand.
Lion vlucht naar New York
Het lijkt alsof Alfred Lion beter dan Wolff begreep dat de tijden waren veranderd. Lion vluchtte al vroeg in de jaren dertig naar New York om, nadat hij bij een incident gewond was geraakt, voor korte tijd terug te komen naar Berlijn, uiteraard met stapels jazzplaten in zijn koffer.
In 1936 vestigde Lion zich definitief in New York. In 1938 vond in de Carnegie Hall een groot concert plaats from gospel to swing bedoeld als eerbetoon aan de zwarte muziek. Met onder andere Benny Goodman, zoon van arme joodse immigranten.*
Blue Note werd geboren
Lion bezocht het concert en wist daarna waarvoor hij op aarde gekomen was: om een rol te spelen in het verspreiden van deze muziek. Vijf dagen na het concert contracteerde hij de Boogie Woogie pianiste Albert Ammons en Meade Lux Lewis. De eerste platen kwamen uit in maart 1939.
Het fameuze Blue Note label was geboren. Daarover meer in deel 2 van dit verhaal.
* zie ook het artikel in deze krant van Mirjam van Dam: Benny Goodman en The Savoy
Wie belangstelling heeft voor de foto’s van Francis Wolff mag ik graag verwijzen naar de Blue Note website.
cover: screenshot uit YouTube Spotlight #6 van As the Table Turns over Francis Wolff
Geef als eerste een reactie