In de binnentuin van het binnenkort te openen Nationaal Holocaustmuseum aan de Plantage Middenlaan staat een olijfboom. Enige meters daarnaast reikt een losstaande bronzen ladder via een vierkant stalen luik naar de vrije hemel.
Het is het zogeheten Dankteken waarmee Joodse Nederlanders verzetshelden en onderduikverleners bedanken voor het redden van Nederlandse Joden. Het initiatief daartoe werd genomen door twee Sjoa-overlevenden, Maurits Cohen en Hans Vles, beiden nu tachtigers.
Zij richtten met gelijkgestemden de Stichting Nationaal Dankteken op onder voorzitterschap van Hans Ph. Weijel, die de drukbezochte persbijeenkomst op 17 januari jl. opende. Toen de financiering rond was zocht men een kunstenaar die hun ideeën tot uitdrukking kon brengen in een sculptuur. Dat is beeldend kunstenaar Gabriel Lester geworden.
Maurits Cohen: Dankzij hen sta ik hier
Initiatiefnemer Maurits Cohen (1934) illustreerde aan de hand van zijn emotionele en avontuurlijke verhaal hoe belangrijk het is alsnog een teken van dankbaarheid aan de redders van toen de wereld in te brengen.
Hij vertelde hoe hij tot driemaal toe letterlijk aan de dood ontsnapte dankzij de hulp van vele Nederlanders “die hun leven en dat van hun familie waagden” om hem, een tienjarig jochie, te redden.
“Dankzij hen sta ik hier”, aldus Cohen, thans trotse grootvader en overgrootvader van in totaal 29 mensen. Terwijl zijn ouders, grootouders en twee broertjes van tien en dertien jaar werden vermoord.
Weggevoerde kinderen
Ontroerd vertelde hij nog dagelijks met verdriet te denken aan de groep kinderen uit de Bergstichting, de Joodse instelling waarin ook hij was ondergebracht. Hij zag hen wegvoeren in een overvalwagen naar hun zekere dood. Doordat de directeur van de Bergstichting verklaard had dat hij en zijn twee broertjes geen echte Joden waren maar zogenaamde mischlinge (met gemengd bloed) werd hen dat lot bespaard.
Nog tweemaal zou hij zeker het leven hebben gelaten als er niet hulpvaardige, dappere Nederlanders zouden zijn geweest. Zoals de twee jonge verzetsvrouwen door wier toedoen hij uiteindelijk bij boer Boogaard in Nieuw-Vennep terechtkwam. Tot hij moest hij vluchten, door de nachtelijke polder, opgejaagd door de nazi‘s en hun honden.
Gevlucht door bollenvelden de sloot in
Of ‘tante Ien’, een weduwe met drie kinderen in Sassenheim door wie hij liefdevol was opgevangen na een uiteindelijk verraden tussenstop van enkele maanden in Lisse. Totdat de zestienjarige zoon des huizes hoorde over een aangekondigde razzia. Onder zijn leiding vluchtten Maurits en nog twee onderduikertjes de nacht in, door de bollenvelden en uiteindelijk een sloot in, tot het gevaar voorbij was. Bij tante Ien vierde hij uiteindelijk de bevrijding.
Portaal naar de vrijheid
Gabriel Lester speelt als kunstenaar met waarneming en beleving. Zijn veelzijdige werk dient vaak als medium om je tot de wereld te kunnen verhouden. Zo creëerde hij deze bronzen ladder met stalen luik als metafoor van het onderduiken. Hij zag ‘de Joodse onderduiker’ door een luik heen een houten trap afdalen bij een familie die onderdak bood.
Een luik als verbinding tussen vrijheid en veiligheid, om doorheen te gaan, weg van de toen onveilige bovenwereld, op zoek naar de betrekkelijke veiligheid van de onderwereld, die van het onderduiken en de illegaliteit.
Daar heb je alleen via het luik, als portaal naar de vrijheid, contact met de wereld. De ladder steekt schuin omhoog door het open luik, met meer treden in de veiligheid eronder dan daarboven, waar enkele sporten de hoop op de vrijheid verbeelden. Het luik is aan de bovenkant van glanzend staal. Vanaf een bovenverdieping ziet men de wereld en de hemel erin weerspiegeld, in vrijheid.
Gaaf staaltje evenwichtskunst
Dit gave staaltje evenwichtskunst vertelt in al zijn eenvoud het complexe verhaal van onderduikers en redders die tijdens de Tweede Wereldoorlog met gevaar voor eigen leven hulp boden. Het had niet op een betekenisvollere plek kunnen staan: de binnenplaats van de voormalige Kweekschool naast de crèche, vanwaar ooit zoveel Joodse kindjes door moedige verzetsmensen naar hun onderduikplek en uiteindelijke bevrijding werden gebracht.
Het Nationaal Holocaustmuseum zal op 10 maart feestelijk worden geopend en vanaf 11 maart voor het publiek toegankelijk zijn.
Geef als eerste een reactie