Freddy, dankzij deze jongensnaam werd zij gered

boekbespreking

Freddy met vrienden voor oude auto
Was het zo’n foutje dat jonge vaders bij het aangeven van een kind wel vaker maken? Had Freddy Coster eigenlijk Frederique moeten heten? Als de bezetters een ‘Freddy’ zoeken, hebben ze een jongeman voor ogen. Waardoor Freddy uiteindelijk aan vervolging ontkomt. “Hoewel ik mijn hele leven een hekel heb aan mijn jongensnaam, heeft deze naam wel mijn leven gered.”

Berthe Rosette Brandeis (1952), dochter van Freddy, krijgt eind 2012 van haar moeder een map met brieven. Aan de hand van deze zeventig jaar oude brieven en aan het gesprek dat ze daarna hebben, reconstrueert Berthe de geschiedenis van haar familie. Het liefdesverhaal van haar moeder met haar toenmalige verloofde Raph Leefsma staat centraal in het boek dat zij publiceert: Freddy, brieven uit de onderduik.

Ik kreeg de gelegenheid de schrijfster enkele vragen te stellen die zij schriftelijk beantwoordde. 

Niet spraakzaam

Berthe Rosette: 

Mijn moeder was niet spraakzaam, ze kon niet over de oorlog praten. Op 8 augustus 2012 – ze is dan 87 jaar – heeft zij mij een wat onsamenhangend verhaal verteld. Ik kende het verhaal niet. Ik heb geprobeerd daar een lijn in te vinden.”

Mijn moeder heeft mij daarna ook de brieven van haar ouders gegeven. Toen deze tevoorschijn kwamen, beloofde ze me daar later meer over te vertellen, omdat ze nog de enige was die dat kon. Daar is het nooit van gekomen. Mijn moeder werd ziek en overleed vrij snel daarna, waardoor ik zelf moest proberen een rode draad in het verhaal te krijgen.

Persoonsbewijs zonder J

In 1941 moet iedereen een persoonsbewijs aanvragen. Op aanraden van oom Léon Seyffers (1885-1944), de broer van Freddy’s moeder, geven zij en haar man niet op dat ze Joods zijn. “Laten de Duitsers dat zelf maar uitzoeken”. 

Berthe Rosette: “Zelf heeft mijn moeder vanaf het begin een persoonsbewijs zonder J waardoor ze zonder problemen kan reizen.”

Nonnenklooster Oudergem

In juli 1942 begint het onderduikverhaal van Freddy. Ze is dan 17 jaar oud. Een buurman verbergt haar aanvankelijk op zijn zolderkamer. Met vijf jurken over elkaar en een hoofddoek over de donkere haren reist ze naar Den Haag, als eerste etappe op weg naar België. Daar heeft oom Léon geregeld dat ze wordt opgenomen in een nonnenklooster in Oudergem (Brussel).

Ze krijgt een opleiding voor kinderverzorgster. Voor haar verjaardag in juni 1944 stuurt Léon haar een cadeau. Ze verblijft op dat moment in een herstellingsoord in Sosoye (Wallonië). Per briefkaart bedankt ze hem, ondertekend met ‘Freddy’.  De Duitsers vinden die kaart en gaan naar ‘hem’ op zoek in het herstellingsoord van de nonnen waarvandaan de kaart is verstuurd. Ze vertrekken onverrichter zaken als duidelijk is dat daar geen jongens zijn. Voor oom Léon en zijn gezin loopt het echter slecht af. 

Berthe Rosette: “Mijn oud-oom Léon, zijn vrouw en zijn twee kinderen zijn op 2 augustus 1944 in Auschwitz aangekomen. Het is niet duidelijk wanneer ze precies zijn omgebracht.” 

Verloofde Raph

De correspondentie met verloofde Raph verloopt via moeder Bertha die in Gelderland is ondergedoken en is ontroerend. 

Raph: “Ik dank jullie hartelijk voor haar foto. Ik stond er versteld van en draag hem op mijn hart. Ik ben erg geschrokken van het bericht dat ze difterie heeft gehad. Ik hoop dat ze er weer helemaal bovenop is.” 

portret Raph Leefsma

De correspondentie stopt halverwege 1943. Later blijkt dat Raph op 23 juli 1943 in Sobibor is omgebracht.

De ontvangen brieven heeft Freddy jarenlang in een linnen zakje bewaard. Berthe Rosette: “Ik heb dat linnen zakje later gevonden en heb ervan gemaakt dat mijn moeder dat bij zich heeft gedragen.

Ontelbare zakdoeken

De brieven geven een aardig inkijkje in het dagelijks leven in het Belgische klooster en op de onderduikadressen van haar moeder in Gelderland, zonder de zwaarmoedigheid en spanning die je zou kunnen verwachten. De gezondheid van Freddy komt regelmatig aan de orde. Ze heeft nogal vaak last van voorhoofdsholte-ontsteking. “Ze heeft ontelbare zakdoeken nodig”, schrijft een tante. Van een oom heeft ze minstens drie lakens gekregen, “waarvan ik zakdoeken voor haar heb gemaakt.” 

In het klooster krijgt Freddy op enig moment de zorg voor drie kleine kinderen. Ze schrijft over hen aan haar ouders: “Weet u hoe de kinderen ons noemen? ‘Mammie’ en als ik dan door de gangen loop, hoor ik ‘Ha, Mammie est là’. Leuk hè..

Berthe Rosette sluit het boek af met een In Memoriam dat ze in 2013 voor Kol Mokum van de Liberaal Joodse Gemeente schreef. Daarin wordt duidelijk dat haar moeder geen toestemming van haar ouders krijgt om met Sidney (voorheen Salomon) Eduard Brandeis te trouwen. Ze komen daarom ook niet op de bruiloft. Later wordt het contact hersteld, maar de pijn blijft.

In haar laatste jaren wordt Freddy meer open. Eindelijk kan er gepraat worden over familieleden die niet zijn teruggekomen. Zichtbaar geniet ze van de oude brieven van haar ouders aan de onderduikfamilie als die tevoorschijn zijn gekomen. Berthe Rosette: “Eindelijk raakt ze veel ballast kwijt en laat ze haar vroegere onbevangenheid en vrolijkheid steeds meer zien.”

Inspirerend

Van de website Holocausteducatie heeft het boek Freddy de aanbeveling ‘inspirerend’ gekregen. Berthe Rosette: “Dat vind ik heel mooi. Het is afschuwelijk dat mensen elkaar vanwege het geloof naar het leven staan. Het is belangrijk om iedereen in zijn of haar waarde te laten”

Berthe Rosette Brandeis – Freddy, brieven uit de onderduik, Uitgeverij Tienstuks, ISBN 978 90 8860 188 0, 110p, 2023, € 19,99

boekomslag Freddy, verhaal van een onderduik

cover: Coenraad Coster, Maxime Seyffers, Myriam Seyffers, Sonia Seyffers-Krellstein, Freddy Brandeis-Coster, Bertha Coster-Seyffers en de fotograaf Léon Seyffers. Al het beeld uit het besproken boek, met dank aan uitgeverij Tienstuks.

Over Jeroen Sprenger 23 Artikelen
Jeroen Sprenger was van 2016 tot zomer 2022 voorzitter van de Nederlandse Kring voor Joodse Genealogie (NKvJG). In die hoedanigheid was hij eindredacteur van 'Gezichten van Joods Verzet' (2020). Van 1999 tot 2015 was hij werkzaam voor de rijksoverheid, eerst als directeur Communicatie van het ministerie van Financiën (1999-2009). Als zodanig was hij verantwoordelijk voor de voorlichting over de invoering van de euro. Daarna was hij directeur Overheidscommunicatie Nieuwe Stijl voor bouwprojecten van de Rijksoverheid. Vóór zijn werk bij de Rijksoverheid was hij voorlichter bij de FNV. Jarenlang was hij binnen de NVJ voorzitter van de sectie Voorlichters. Sinds 2012 is hij webmaster van de website Het geheugen van de vakbeweging.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*