Obrechtsjoel in oude glorie hersteld, renovatie-architect Berend van der Lans vertelt 

interieur Obrechtsjoel
Na een intensieve restauratieperiode werd donderdag 22 juni feestelijk de Raw Aron Schuster synagoge, ofwel de Obrechtsjoel, opnieuw in gebruik genomen. 

Ter gelegenheid daarvan werd een omvangrijk boek gepresenteerd. Terecht, want de Obrecht is het hoogtepunt uit het uitzonderlijke oeuvre van Harry Elte, een Joodse architect die in het interbellum een reeks bijzondere gebouwen heeft neergezet. Zowel gebouw als architect verdienen meer aandacht dan dat ze tot nog toe kregen.

Rijk gedecoreerd gebouw

De synagoge is gerealiseerd in 1927-’28 en is een wat geheimzinnig, sober en gesloten gebouw, een compositie van bakstenen volumes en een sterk uitkragende dakrand die doet denken aan het werk van Dudok en Frank Lloyd Wright. Van binnen is het echter een rijk gedecoreerd gebouw met bijzonder mozaïek, prachtige glas-in-lood composities van het atelier van Willem Bogtman, indrukwekkende armaturen en een imponerende, grote sjoelruimte. 

Wethouder Touria Meliani ontvangt het eerste exemplaar van De Obrechtsjoel uit handen van initiatiefnemer en bestuurslid van de RAS Paula Blocq – foto Ephraïm Goldstoff

Rijksmonument

Na de oorlog functioneerde het gebouw lange tijd als centrum voor de orthodox Joodse gemeenschap in Nederland. In 1997 werd de synagoge tot rijksmonument verklaard, vlak daarna werd een omvangrijke restauratie uitgevoerd.

Zo’n twintig jaar later was het wederom tijd voor aandacht. ArchitecturePlus werd betrokken en een multidisciplinair team werd samengesteld dat in afstemming met Monumenten & Archeologie van de gemeente Amsterdam een integraal plan ontwikkelde om het gebouw op vier fronten te verbeteren.

Instandhouding

Onder de restauratie en instandhoudingswerkzaamheden vielen het herstel van het metsel- en voegwerk, dat op diverse plekken verweerd was of door roestend ankerwerk beschadigd. De in het oog springende uitkragende dakrand was in heel slechte staat. Die is hersteld en de afwatering verbeterd, zodat deze weer voor lange tijd mee kan. Maar het meest in het oog springend was de aanpak van het gebrandschilderde glas; dat werd overal gereinigd en nagelopen op breukjes, die hersteld werden. Als de staat erg slecht was, dan werden de panelen uitgenomen en in het atelier van de glazenier volledig uit elkaar gehaald en opnieuw verlood. 

Vluchtwegen en verse lucht

Het gebouw is er ook weer wat veiliger en gezonder op geworden. De vluchtwegen zijn nu aangegeven zoals het hoort en op de normen aangepast. Ook voldoet het gebouw weer aan de brandvoorschriften. Maar omdat in het verleden vanwege de veiligheidsdreiging er geen enkel raam meer open ging, kwam er ook nauwelijks verse lucht het gebouw binnen. Het in 1928 innovatieve luchtverwarmings-systeem pompte voortdurend dezelfde lucht rond. Bij grotere evenementen leidde dat tot een licht gevoel in het hoofd van de aanwezigen. Naast het geoptimaliseerde verwarmingssysteem, dat tot een betere verdeling van de warme lucht leidt, is een tweede luchtbehandelings-systeem aangebracht dat zorgt voor verse luchttoevoer. 

Warmteverlies gereduceerd

Het energiegebruik is aangepakt middels een efficiëntere verwarmingsopbouw, waardoor met een veel kleiner vermogen gestookt kan worden. De warmtevraag is teruggedrongen doordat met name de grote sjoelruimte op plekken waar dat het monument niet aantast, is geïsoleerd. Dat is op de daken en plafonds het geval, maar ook voor de indrukwekkende glas-in-lood panelen. Het geïsoleerde glas dat daarvoor geplaatst is, combineert 3 functies: het is van een zware veiligheidsklasse, het beschermt het kwetsbare glas-in-lood en het reduceert het warmteverlies. 

Comfort en akoestiek

Als laatste, maar zeker niet het minst belangrijk, is gewerkt aan verbetering van comfort. Het verblijf in de sjoel is aangenamer door de eerder genoemde verbeterde verdeling van de warmte en de verbeterde luchttoevoer. Maar de al bijna een eeuw oude klachten over de akoestiek zijn ook geadresseerd, door het vrijwel onzichtbaar aanbrengen van ongeveer tweehonderd vierkante meter absorberend materiaal. Daardoor is de nagalmtijd ruim gehalveerd en een stuk acceptabeler geworden. Toegegeven, gezangen klonken prachtig, en er zijn er zeker die dat missen, maar de verstaanbaarheid zonder versterking is aanmerkelijk verbeterd. 

Samenwerking

In opdracht van de NIHS, de eigenaar van het gebouw, heb ik de plannen uitgewerkt en had ik de leiding over de uitvoering. Daarbij werd samengewerkt met Paul Morel, die via Stadsherstel Amsterdam NV specialist is op het gebied van religieus erfgoed, met Rob Metkemeijer die als akoestisch adviseur vele beroemde zalen onder handen heeft genomen, met Ernst van Tongeren voor het installatieconcept en met Ernst de Beaufort als constructeur. 

De realisatie was in handen van bouwkundig aannemer J.C. Nieuwenhuizen, GBB Glasbewerking Brabant voor het glas-in-lood, Warmtebouw voor de installaties en Van Leeuwen Elektra. 


Sinds enige tijd verzorgt Museum Het Schip maandelijks rondleidingen door de RAS. Op 10 september zal de sjoel zijn geopend tijdens de Open Monumentendagen. 

De Obrechtsjoel op het radio 1 journaal van 22 juni 2023. Verslaggever Roel Pauw kreeg een rondleiding van voorzitter Ruben Troostwijk en architect Berend van der Lans.

cover: interieur Obrechtsjoel, foto Kees Hummel, mei 2023

 

Over Berend van der Lans 1 Artikel
Berend van der Lans (1966) is opgeleid als architect aan de TU Eindhoven en heeft uitgebreide werkervaring in Nederland en Afrika. Hij werkt aan uiteenlopende projecten, met specialisatie in restauratie en transformatie van historisch relevante gebouwen en buurten. Daarbij wordt naast het materiële ook aandacht gegeven aan het immateriële erfgoed. Met zijn bureau ArchitecturePlus heeft hij recent de Obrechtsjoel en de Joodse begraafplaatsen in Diemen en Muiderberg gerestaureerd, allen van de hand van Harry Elte.

5 Comments

    • Dank Ephraim voor je mooie foto vanuit de ‘mannenbankjes’ in de Obrechtsjoel. Het verhaal is helemaal geschreven door Berend die, ondanks zijn deadlines voor andere projecten, tijd vrijmaakte voor De Vrijdagavond.

  1. Mijn grootvader Mosieck Hercke Landau was van 1928 tot 1943 aan de Obrechtsjoel verbonden als gazan. De sjoel was zijn grote trots. Wat zou hij deze renovatie prachtig gevonden hebben! Mede namens de andere kleinkinderen in Haifa, Jeruzalem en Ramat Hasharon gaat onze dank uit naar alle betrokkenen bij deze renovatie. In het bijzonder natuurlijk naar Berend van der Lans.
    Eliezer Nachman (Peter) Kropveld Hilversum
    Tallie Landau, Jeruzalem
    Effrie Landau , Ramat Hasjaron
    Ruti Josef, Haifa

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*