Mazzel tov, Mazzel tov! Onze verloving op het Stadionplein

logo Ephraim vertelt, met twee diamantjes op de i

Amsterdam, zomer 1968

Tamara en ik zijn sinds 1965 een stelletje. Wij leerden elkaar kennen door een schoolvriendje.

Haar ouders hadden een eilandje met een woonark in de Amstel bij Uithoorn. Op een prachtige zondagmiddag waren we met zijn allen op het eiland en besloten Tamara en ik ons te gaan verloven. 

Zo ging dat toen. Ik kwam al een paar jaar in de familie. We vroegen toestemming aan mijn schoonouders om ons te verloven. Ik had een geweldige band met haar ouders.

Het antwoord was positief. Mazzel tov, mazzel tov! Er werd lechajim gedronken en we vertrokken naar mijn ouders om hen het nieuws te vertellen. 

Aangekomen bij mijn woning op het Stadionplein 8-10 stapten we uit de auto. Terwijl ik de auto afsloot viel mijn oog op een jong stel, dat op de tramhalte stond. Zij waren in discussie bij het aanwijzingsbord van de tramhalte.  Dat was een vierkant oranje ding op een paal waarop stond ‘van … naar ….’

Ik liep naar ze toe. Het waren Amerikanen. Can I help you, vroeg ik. Sure. We moeten naar de Marnixstraat, is dit de juiste halte? 

Ja, zei ik, dat is helemaal goed, de tram komt er al aan langzaam rijdend vanaf de eindhalte op de Amstelveenseweg. Lijn 1, naar de eerste halte op het Stadionplein. 

Tram 1 bij de indienststelling in 1957

De mooie jonge vrouw keek me aan. Heet jij Goldstoff? De tram staat stil.

Niet instappen, ik breng jullie overal naar toe, zei ik gedecideerd. De tram rijdt verder. Ik kijk het stel aan. Hoe weet je dat ik Goldstoff heet? Waar komen jullie vandaan? Uit de Verenigde Staten, was haar antwoord. Maar hoe ken je mijn naam? Wonen je ouders niet in dat huis, vroeg ze wijzend naar mijn huis. Ja, zei ik. Hoe weet je dat? Wij reizen over de hele wereld. 

Wij zijn folksong singers, zei de jonge vrouw. Mijn moeder is een Goldstoff. Overal waar we neerstrijken op de wereld, pak ik een telefoonboek en kijk of ik een Goldstoff kan vinden. Wij zijn met zo weinig en allemaal familie van elkaar. Zo vond ik het adres van je ouders, daar komen we net vandaan. 

Maar hoe weet je dat ik een Goldstoff ben?

We hebben foto’s bekeken, en ik herkende je. Totaal onder de indruk nodig ik mijn achternicht en haar vriend uit om met ons mee naar huis te gaan, omdat wij mijn ouders gaan vertellen dat we ons gaan verloven. 

verlovingsfoto Ephraïm en Tamara, 1968

Natuurlijk gaan we mee. Ik stel Tamara aan hen voor die wachtte van mijn huis. Zij had natuurlijk geen idee wat zich op de tramhalte afspeelde. Zij is mijn achternicht met haar vriend, en we gaan naar binnen.

Mijn vader zit aan de eettafel, bedekt met kranten. Papa leest iedere zondagmiddag de krant. Ik ga aan tafel zitten. Tamara en mijn verre familieleden gaan bij mijn moeder zitten aan de andere kant van de kamer. Pa kijkt me verwonderd aan. Waar heb je die mensen ontmoet, vraagt hij. 

Op de tramhalte, antwoord ik. Je gaat dus zomaar naar vreemde mensen toe op een tramhalte en spreekt ze aan? Ja, zeg ik. Ja, ik wilde ze helpen, ze stonden te kijken naar verwijzingsbord en hadden daar discussie over. En van het een komt het ander. 

Papa kan ik even met je praten? Mijn vader was alweer aan het lezen. Papa, kan ik je aandacht even hebben? Dat ging een half uur door. Pa bleef stoïcijns doorlezen. Mijn familieleden lagen in een deuk aan de andere kant van de kamer, het was net theater. Ik kon de aandacht van mijn vader niet krijgen. Ik kon zijn gedachte wel raden. Waar is mijn zoon in Godsnaam mee bezig? 

Hij is nog in de leer, kan nog geen cent verdienen, heeft nog nooit een ander vriendinnetje gehad, waar is die jongen mee bezig? Van verloven komt trouwen, je blijft niet jarenlang verloofd.

Hoe moet dat verder met hem? Veel te jong is hij, begrijpt nog niets van het leven. Tamara is een schat, een mooie jonge intelligente vrouw, heeft geweldige ouders. Maar toch, dit is te vroeg….

Er wordt gebeld aan de voordeur. Mijn schoonouders komen binnen met mazzel tov, mazzeltov! Mijn vader kijkt ze verbaasd aan. Hebben de kinderen het nog niet verteld?

Mijn schoonmoeder kijkt mij aan. Ik heb het geprobeerd. Ik kon geen contact met papa krijgen, hij was te druk met zijn kranten. Hij begreep wat er speelde, hij is bezig het te verwerken. Mazzel tov, de kinderen hebben zich verloofd.

Mazzel tov. De drank komt op tafel. Er wordt uitgebreid lechajim gedronken met de familie uit de USA die getuigen zijn.

Uiteindelijk is alles goed gekomen. Tamara in ik zijn al 52 jaar getrouwd en 57 jaar samen. We hebben twee zonen en vier kleinkinderen.

woonark familie Loewenberg in de Amstel bij Uithoorn
Over Ephraïm Goldstoff 61 Artikelen
Ephraïm Goldstoff (1949) groeide op in de oude Joodse Plantagebuurt tegenover Artis. Na het Maimonides volgde hij verschillende opleidingen in de diamantwereld. Goldstoff vervult vele bestuurlijke functies onder meer voor Bnei Akiwa, Oost-Joods Verbond, OSE (Organisation Secours aux Enfants), Young Leadership CIA, The Feuerstein Institute (Jerusalem). Hij is bestuurslid van Maccabi tennis en van de RAS (Rav Aron Schuster Synagoge) en de Stichting Eerherstel Joodse Begraafplaats Zeeburg. Goldstoff is voorzitter Stichting Naleving Washington Principles, raadslid NIHS, lid ledenraad Joods Maatschappelijk Werk, voorzitter Stichting Dutch Friends of The Feuerstein Institute. Ephraïm Goldstoff is zelfstandig ondernemer in oude en antieke juwelen en edelstenen. Nog steeds werkzaam en kantoorhoudend in de Diamantbeurs.

2 Comments

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*