Bij de Bescherming Burgerbevolking

logo Ephraim vertelt, met twee diamantjes op de i

In 1967 lag er een oproepbrief in mijn brievenbus om mij te melden voor de medische keuring voor de militaire dienst. Veel Joodse jongens haalden bij hun huisarts of een bevriende arts een papier dat ze een medische afwijking hadden om zodoende de dienstplicht te ontlopen. Ik deed daar niet aan mee. 

Dokter Zak was mijn keuringsarts. Daarnaast was er een psychologische test en een gesprek met een overste om vast te stellen bij welk legeronderdeel ik zou worden ingedeeld. Ik gaf aan dat ik een traditionele Jood ben en koosjer wilde eten. Ik werd goedgekeurd en werd bij de landmacht ingedeeld. Enkele maanden na de keuring ontving ik een brief van het leger dat ik buitengewoon dienstplichtig was geworden in verband met het grote aantal jongens geboren in mijn geboortejaar 1949. Ik was uitgeloot. 

Dat hield in dat in geval van oorlog ik wel werd opgeroepen of ik kreeg een opleiding in de BB, de Bescherming Burgerbevolking. Ik kon ook weigeren dan moest ik sociaal werk gaan verrichten. Zoals werken in een bejaardentehuis. Ik besloot niet te weigeren en de opleiding te volgen in de BB.

Ik werd chauffeur-mobilofonist. Mijn opleiding vond plaats in de bunkers onder de grond in de Memlingstraat tegenover de Gerrit van der Veenschool waar in de oorlog de S.D. (Sicherheitsdienst) was gevestigd. Er bevindt zich daar diep onder de grond een atoomvrije bunker, een klein dorp, waar in de tijd van oorlog of nood de commandanten van de Politie, Brandweer,  GG&GD en de burgemeester bijeen zitten om daarvandaan de regie te voeren over de verschillende disciplines.

Uitrusting BB, beeld: Museum Bescherming Burgerbevolking

Mijn taak bestond eruit om met briefjes de verschillende hoofden met elkaar contact te laten houden. Ik had ook de beschikking over een soort politiebus, een Volkswagen met sirene. Ik beleefde daar veel plezier mee en bezorgde menig autorijder de schrik van zijn of haar leven.

Peyton Place

De laatste les van mijn opleiding was een avond in de Westergasfabriek waar vroeger de voorraden gas voor Amsterdam waren opgeslagen. Dat college werd gevolgd door mannen uit alle disciplines van de BB. Het was 19.50 uur toen ik de zaal betrad waar les werd gegeven. ‘Ephraïm’, schalde een stem door de zaal, het was Salo, een oude klasgenoot van Rosj Pina die ik jarenlang niet had gezien.

Ik ging naast hem zitten. De klok tikte verder. 20.00 uur. Normaal begint de les stipt op tijd, zoals het hoort in het leger. Er was geen docent aanwezig. Het werd rumoerig in de tent. 20.10, de deur zwaait open en met veel lawaai verschijnt er een man in regenjas op de bühne. Hij verontschuldigt zich met een sorry, sorry. Hij gooit zijn jas over de stoel. Draait zijn gezicht naar het schoolbord, waarop hij met grote letters schrijft “Daan Sajet”. Mijn vriend Salo en ik kijken elkaar aan.

Ik steek mijn vinger op. Ja, zegt u het maar. Meneer Sajet, vanavond is Peyton Place op de tv. iedereen volgt die serie, het begint om 21.00u.

Omdat u hier wat te laat verscheen, wil ik u namens allen vragen om het college wat in te korten zodat we op tijd thuis zijn voor de uitzending. Hij antwoord luidt dat dit in orde komt. 

ABC oorlogen

Daan begint zijn verhaal. Dat ik hier voor jullie sta, dat doe ik niet vrijwillig. Ik ben stationmanager en diende jarenlang in het buitenland. Ik besloot om na drie oorlogen weer terug naar Nederland te verhuizen. Ik was hier nimmer in dienst geweest en toen ik mijn dienstplicht alsnog moest vervullen, kon ik dat doen door jullie te vertellen over ABC oorlogen, atomair, bacteriologisch en chemische oorlogvoering.

Ik wil graag dat jullie je hand opsteken als je met mij de gaskamer in wilt. Niemand steekt zijn hand op. Ik ben blij dat te zien. Ik zal jullie het gebruik van de gasmaskers leren. En voordat ik daarmee begin, krijgt u allen uw soldij. 1,75 gulden per avond. Dan wordt er koffie geschonken, die kost 0.50 cent. 

Ik roep Daan bij ons. Familie van Ben Sajet? Vraag ik. Is mijn opa was zijn antwoord. Ik zit in een bestuur samen met je opa Ben. In de OSE, de Organisation Secours aux Enfants. Jij was natuurlijk in Israel in dienst, dat werd bevestigd. Het was genoeg, zegt Daan. Te gevaarlijk, ik wil ook blijven leven. Werk nu bij de KLM in de burgerluchtvaart. 

Daan maakt zijn les af. Wij zijn allen op tijd thuis voor de buis.

Twintig jaar later in Hong Kong, waar ik zakelijk regelmatig kwam. Daar word ik voor een diner uitgenodigd door Bob Kroonenberg en zijn vrouw. Er waren wel twintig gasten aan tafel. De lingua franca was Ivriet. Ik zat tegenover een man die vertelde dat hij Chinees had gestudeerd in Leiden op kosten van de KLM. Ik vroeg hem of hij ook een beetje Nederlands had geleerd. Ik ben een geboren Amsterdammer. Ik ook zei ik. Dan kunnen we ook Nederlands spreken. Ik stelde me voor, Ephraïm, ik heet Daan, wat is je achternaam? Sajet. 

BB outfit

Hij vertelde dat hij aan een nieuw KLM-kantoor zou gaan leidinggeven in Peking. Ik vroeg hem of hij zijn BB-outfit nog had. Hij keek me verwonderd aan. Hoe weet jij dat? Ik lichtte hem in. Jij kwam op een avond te laat binnen in de Westergasfabriek toen ik in de zaal zat. We lachten beiden, wat een toeval, dat we elkaar hier weer ontmoeten na al die jaren. Ik vertelde hem dat toen de BB werd opgeheven in 1986 dat we onze outfit zoals laarzen, overall, overjas, helm moesten terugbrengen naar de kazerne. 

Er zat een man achter een houten tafeltje met een potloodje in zijn hand en een lijstje voor zijn neus, waarop alle delen van je outfit stonden vermeld. Stuk voor stuk retourneerde ik alle spullen. Toen ik hem vroeg als je iets niet teruggaf wat er dan gebeurde. Dan moest je die goederen betalen.

Ik vroeg hem mij de prijzen te noemen van de verschillende items. 

De overjas, 7 gulden 50, helm 4 gulden. Ik was perplex. Wat is het totaalbedrag van alles? Ik weet het bedrag niet meer precies. Ik zeg, meneer ik neem het hele zootje over, hier heb je geld, ik wil mijn spullen terug. Nee meneer, dat kan niet meer, ik heb ze al afgevinkt. 

Niet te vermurwen

Hier heb je een gommetje, uitvlakken die boel. Nee dat kan niet meer. Ik geef je vijftig procent meer, ik wil die handel terugkopen. Stop die centen maar in je zak. Hij was niet te vermurwen. Helemaal teleurgesteld droop ik af. Einde van mijn BB-tijd. Ik zat een kleine twintig jaar in de BB en werd eenmaal per jaar voor herhalingsoefeningen opgeroepen.

Overigens Daan Sajet is nooit in Peking gekomen want de Nederlandse regering kreeg te doen met China in verband met de levering van onderzeeboten naar Taiwan. De KLM kon zijn kantoor daar niet meer opzetten.


cover illustratie Françoise Nick

Over Ephraïm Goldstoff 74 Artikelen
Ephraïm Goldstoff (1949) groeide op in de oude Joodse Plantagebuurt tegenover Artis. Na het Maimonides volgde hij verschillende opleidingen in de diamantwereld. Goldstoff vervult vele bestuurlijke functies onder meer voor Bnei Akiwa, Oost-Joods Verbond, OSE (Organisation Secours aux Enfants), Young Leadership CIA, The Feuerstein Institute (Jerusalem). Hij is bestuurslid van Maccabi tennis en van de RAS (Rav Aron Schuster Synagoge) en de Stichting Eerherstel Joodse Begraafplaats Zeeburg. Goldstoff is voorzitter Stichting Naleving Washington Principles, raadslid NIHS, lid ledenraad Joods Maatschappelijk Werk, voorzitter Stichting Dutch Friends of The Feuerstein Institute. Ephraïm Goldstoff is zelfstandig ondernemer in oude en antieke juwelen en edelstenen. Nog steeds werkzaam en kantoorhoudend in de Diamantbeurs.

1 Comment

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*