De parasja Va’era* begint met twee zinnen die mij altijd raken:
“Toen sprak God tot Mosjee en zei tegen hem: Ik ben de Eeuwige. Ik ben aan Awraham, Jitschak en Ja’akov verschenen als ‘God Almachtig’, maar met mijn naam ‘Eeuwige’ ben ik hun niet bekend geweest.”
Het vertalen van de namen van God is altijd een beetje riskant. Deze twee verzen hebben er maar liefst drie. De naam die ik hier heb vertaald als ‘God’ is ‘Elohiem’. ‘God Almachtig’ wordt vaak gebruikt als vertaling van ‘El Sjadai’. Het is geen letterlijke vertaling, we weten eigenlijk niet wat ‘Sjadai’ oorspronkelijk betekende.
Waar we in Nederland vaak ‘Eeuwige’ vertalen, staat in het Hebreeuws de vierletterige naam die we niet uitspreken, maar waarvoor in de plaats we gewoonlijk ‘Adonai’ zeggen. De vierletterige naam is goed te begrijpen als een vorm van het werkwoord ‘zijn’. ‘De Eeuwige’ is dan ‘De Altijd Zijnde’.
Verschillende aspecten van het werkwoord Zijn
Onze traditie benadrukt de eenheid van God, maar ook de verschillende aspecten van Zijn. Veel in de Kabala, de Joodse mystiek, gaat over die verschillende kanten van God. In die traditie zijn die aspecten uitgegroeid tot een complex, vaak moeilijk te begrijpen netwerk van begrippen.
De namen van God verwijzen naar verschillende aspecten. ‘Elohiem’, de naam van God in de zin waarin deze spreekt tot Mosjee, is de afstandelijke God van het recht. De oordelende God die we kennen door middel van de emotie ‘vrees’. De vierletterige naam, de naam van God die nu bekend wordt aan het volk in de benauwenis van de slavernij, is de God van persoonlijke redding. Het is de God die je nabij kan zijn en die je kunt liefhebben.
‘Die bij je is’
Ik denk daarom dat ‘Eeuwige’ geen goede vertaling is. Het is niet de naam van de ‘Altijd Zijnde’, maar van de God ‘Die bij je is’. ‘El Sjadai’ is een naam die minder vaak voorkomt in Tora. Het is dan de God die voor je opkomt, voor je vecht.
In de Aartsvaderverhalen lezen we bijvoorbeeld dat God met Awraham sprak. Maar in deze twee verzen van de Tora lezen wij hoe weinig zij eigenlijk van God wisten. Zij kenden blijkbaar maar een enkel aspect. Als zelfs de Aartsvaders God maar kenden met een enkele naam, een enkel aspect van God, wat betekent dat dan voor ons? Hoeveel weten wij eigenlijk?
Doorgaande openbaring
Een van de meest fundamentele ideeën in het Liberale Jodendom is die van de ‘doorgaande openbaring’. God heeft nooit rechtstreeks tot ons gesproken, altijd door de mond van andere mensen. Profetie bestaat in onze dagen niet meer en de rabbijnen van de Misjna en de Talmoed leven ook niet meer. Onze relatie met God niet is gefixeerd. Er komt geen nieuwe openbaring op de berg Sinaï. Wel spreekt ook in onze eigen tijd God tot ons en wel door middel van onze eigen woorden waarmee wij uitdrukking geven aan onze hoop en idealen.
Nieuwe namen
De geschiedenis van de mensheid is een grote ontdekkingstocht. Ook in onze moderne tijd kunnen we nieuwe namen van God leren kennen. Als we maar goed luisteren.
* Va’era, betekent ‘en ik verscheen’ en staat in Sjemot (Exodus) 6:2
Een gedrukt onderwerp maar begrijpelijk uitgelegd , thanks