Elise Bramca Hamersma (1969) vertelt:
Mijn moeder Jannetje aan de hand van haar grote zus Elisabeth, mijn moeders hoeder, mijn tante Beppie. Zonder de zorg en steun van haar zus had mijn moeder het nooit overleefd, zo bruut waren de omstandigheden waarin zij opgroeiden. Het slechte huwelijk van hun ouders, armoede, honger, verwaarlozing en de daarbij behorende schaamte, kortom, hun jeugd was al een grote vergaarbak van ellende voordat de oorlog begon. De Duitsers zetten er hooguit een lekker marsmuziekje onder en deden er nog een schepje doodsangst bovenop.
Elisabeth Mina Dool 03-04-1932
Jannetje Dool 05-11-1933
Met een Joodse moeder waren ze in principe ten dode opgeschreven. Dat hun vader niet Joods was heeft ze van een wisse dood gered. Vele ooms, tantes, neefjes, nichtjes en hun geliefde opa en oma waren minder gelukkig. Zij zijn allemaal in kampen om het leven gekomen. Hun jongste oom, Abraham Mok, de lievelingsbroer van mijn oma, werd al in 1941 in Mauthausen vermoord. Hij was 22 jaar.
Het leven van de meisjes was vanaf het prille begin getekend door verlies. Hun broertjes, een tweeling geboren in 1940, met wie ze zo ontzettend blij waren, die al met drie maanden moesten worden afgestaan. Dat verdriet ging daar nog aan vooraf. En ondanks het feit dat hun vader niet Joods was, werd hij toch twee keer opgepakt in de oorlog. Niet alleen was hij getrouwd met een Joodse vrouw en communist, het ongeluk wilde ook nog dat hij een enorm grote neus had en Isaac heette. Joden-Sjakie voor vrienden en bekenden.
Twee keer is hij opgepakt, twee keer is hij ontsnapt. De held. Een keer uit de trein gesprongen en een keer ontsnapt uit het kamp. Welk kamp vertelt het verhaal niet, mijn opa sprak nooit over de oorlog. Wel weten we dat hij terug is komen lopen naar Amsterdam. Zijn eigen broer hem niet herkende toen hij voor de deur stond, zo vermagerd was hij. Of ze alsjeblieft iets te eten voor hem hadden. Hij kreeg de hond mee…
Zo kwam hij bij zijn gezin aan. De zusjes waren zo blij dat hun vader weer terug was, want met hun moeder stonden zij doodsangsten uit. Mijn oma Mina Mok was een halve wilde, totaal mesjoche met schijt aan alles en iedereen. Vooral aan het dienstdoende gezag. Zo weigerde ze haar ster te dragen en ging ze als een dolle tekeer wanneer de Joodse mensen uit hun straat met geweld uit hun huizen werden gehaald.
Een oude vrouw werd aan haar haren van de trap getrokken. De onmacht, het onrecht, het maakte haar razend. Rotmoffen schreeuwend hing ze uit het raam, de meisjes aan haar rokken, als de dood dat hun moeder ook weggehaald zou worden. Gelukkig was hun vader er nu weer. Zij hielden veel van hem, meer dan van hun moeder, die, met alle respect, niet direct voor het moederschap in de wieg was gelegd volgens de overlevering. Niet vreemd gezien de omstandigheden. Ik geef het een ieder te doen om in je eentje zorg te dragen voor je twee overgebleven kinderen, terwijl het leeuwendeel van je familie is afgevoerd naar onbekende bestemming. Haar kleinkinderen waren allemaal dol op haar, op haar gulle karakter en haar schaamteloosheid. Ze deed altijd gek, was eerlijk tot op het bot en je kon ontzettend met haar lachen. Ze is ons veel te vroeg ontvallen. Onze innig geliefde oma Miegie Paardenvliegie…
Als moeder was het zogezegd een heel ander verhaal en de zusjes vlogen hun vader dan ook om de nek toen hij zo onverwacht weer bij ze op de stoep stond. En was dat niet de hond van ome Tinus die hij bij zich had? Mijn moeder was zo gek op dat beest. Wat was het fijn om zo samen te zijn! Maar de meisjes werden de straat op gestuurd.
Gaan jullie maar buiten spelen.
Ze begrepen er niets van. Was papa niet blij om ze te zien dan?
Mijn moeder wilde helemaal niet buiten spelen en liep terug naar huis. Precies op tijd om de hond nog stuiptrekkend achter de deur te zien hangen. Ze heeft er ondanks de honger geen hap van gegeten.
Al die verhalen, want o, er zijn er nog zoveel meer…
Mijn oudtante Branca, naar wie ik ben vernoemd (verkeerd, want de ambtenaar schreef mijn naam met een m…), die twee van haar kinderen al vroeg liet onderduiken met het idee ook een adres te vinden voor de rest, liet haar kinderen terugkomen naar Amsterdam omdat het gemis te groot was, waar vervolgens het hele gezin is weggehaald.
Branca 26 jaar, de lievelingstante van mijn moeder, met haar zeven kinderen, waaronder twee tweelingen, eindstation Auschwitz. Alleen haar man Mozes Vischjager is als bij wonder teruggekeerd uit die hel, maar hoe ga je dan verder? Die arme, arme man.
Gruwelijke verhalen. Ik groeide ermee op. En ik dronk ze in als klein meisje, vroeg er altijd naar en ben er ook door getekend. Wij allemaal. Verdriet heeft geen bestaansrecht in onze familie. Elke dag moest een feestdag zijn.
Hoe ondraaglijk het leven soms ook zijn kan, niets haalt het bij de Tweede Wereldoorlog. Er mist emotionele verbinding en diepgang in onze familie. Teveel afscheid.
Mensen die niet van elkaar durven te houden.
Liefde die nooit wordt uitgesproken of getoond, verbroken contacten, begrafenissen waarop niet wordt gehuild, als er al naartoe wordt gegaan. Dat alles is even begrijpelijk als pijnlijk. Het heeft onze familie getekend en verscheurd, tot op de dag van vandaag. Zo lang duurt een oorlog…
Dit verhaal is onderdeel van een project “Ze hadden geen idee wat de toekomst hen zou brengen.” Als u een vrolijke foto hebt van een joods kind tussen de 3 en 12 jaar oud (ten voeten uit) uit de jaren dertig en die wil laten vereeuwigen in een schilderij dan kunt u die doorsturen naar jorambaruch@gmail.com
Wat een geweldig project Joram, ook mooi omschreven door mijn lieve nicht Elise. Mijn moeder staat op het schilderij met tasje. Weet je? Die twee leven nog steeds. De oudste is niet meer mobiel.
Ik hou van je lieve nicht.
Mooi geschreven.
Dankjewel.
En ik van jou…
(wat je zegt ben je zelf)
Zo trots dat ik een bijdrage mocht leveren aan dit bijzondere project van Joram. Dat ik het verhaal mocht vertellen bij zijn schilderij. De foto is me dierbaar, het schilderij ontroert me. Ik ben je zo dankbaar lieve Joram. Fantastisch verder dat de redactie oma Miegie de titelrol heeft gegeven. Had ze mooi gevonden. Het was in ieder geval een heel mooie vrijdagavond voor mij. Bedankt voor het plaatsen op jullie platform.
Ik ben er stil van lieve Elise.
Het zijn mijn oudste zusters,maar ik ben gelukkig na de oorlog geboren.