gehoorzaamheid
Het is geen gezellige parasja die we deze week lezen. Voor een groot deel gaat het over de gehoorzaamheid die God eist van zijn volk. “Als jullie mijn bepalingen opvolgen, je aan mijn geboden houden en ze naleven, zal ik jullie op gezette tijden regen schenken, zodat het land opbrengst geeft en de bomen vrucht dragen.” Maar, zo niet… dan kom je in de diepste ellende terecht.
Dit is krachtvoer voor iedereen die in de Joodse godsdienst weinig meer kan zien dan een stelsel van beloningen en straffen, zoals je voor kleine kinderen ontwerpt om ze in de pas te laten lopen. Hier ontworpen voor volwassen mensen om ze in een keurslijf van gehoorzaamheid te stoppen. Zo meent Spinoza bijvoorbeeld dat het beroep op goddelijke beloning en straf door Mozes en latere Israëlitische leiders niet meer is dan een listig ingezet instrument om hun gezag over hun onderdanen te vestigen en te handhaven.
spreken over het land
Interessant vind ik de manier waarop over het land Israël gesproken wordt. Tot een van de straffen als gevolg van afgodendienst en dergelijke behoort de verdrijving uit het land: “En jullie zal ik onder vreemde volken verstrooien, je zult moeten vluchten voor het getrokken zwaard”. Vervolgens spreekt de tekst op bijna empathische manier over het welzijn van het land, wat het allemaal te verduren heeft gehad en wat het nodig heeft. Alsof het land een persoon is die kan voelen, gestrest kan zijn en tot rust moet komen. “Zo, doordat het land braak ligt terwijl jullie naar het land van je vijanden verdreven zijn, wordt het schadeloos gesteld voor de rust die het heeft moeten ontberen. Dan zal het rusten ter vergoeding van de sjabbatsjaren. Zolang het land braak ligt, heeft het de rust die jullie het, toen je er woonde, tijdens de sjabbatsjaren niet hebben gegund.”
zetels
Deze wijze van spreken doet me denken aan de manier waarop sommige ecologische activisten tegenwoordig spreken over landschappen, rivieren, bossen, namelijk als volwaardige medespelers in het wereldgebeuren. Je zou ze volgens hen zelfs rechtspersoonlijkheid moeten toekennen en zetels geven in onze parlementaire systemen.
Zo opgevat krijgt de taal van beloning en straf een nieuwe actualiteit. Want de heftigheid van de rampen die ons volgens de klimaatdeskundigen mogelijk te wachten staan doet niet veel onder voor de rampen die de Tora benoemt in deze parasja. En daarbij: het is onmiskenbaar dat het ons gedrag is dat de aarde uitput. Gezelliger kunnen we het niet maken.
Geef als eerste een reactie