Waarom oorlog? Einstein en Freud bogen zich er al over

abstract schilderij

Velen proberen de huidige oorlog te duiden. De deskundigen verschijnen met te grote regelmaat op de buis. Het ene moment maakt Mart de Kruif, oud commandant Landstrijdkrachten, ons duidelijk dat de Russische opmars stagneert, het andere moment komt bijzonder hoogleraar oorlogsstudies Frans Osinga met het verbluffende inzicht dat de munitie opraakt. En ondertussen is er zo verschrikkelijk veel onverteerbaar en ondraaglijk leed. Waarom?

De vraag is of we het duiden van de oorlog wel over kunnen laten aan denkers in militair jargon. Is er niet een dringende behoefte aan andere duiders? Duiders die krachten kunnen blootleggen die geheel buiten het blikveld van deze militairen vallen. 

briefwisseling

Een fysicus en een zenuwarts, beide joods, toevallig of niet, bogen zich in 1932 over dezelfde vraag ‘Waarom oorlog’ en correspondeerden daarover. Hun briefwisseling werd onder dezelfde titel gepubliceerd. De fysicus Albert Einstein ging er van uit dat als verstandige, ontwikkelde mensen het voor het zeggen hebben er nooit meer oorlog uit zou breken. Volgens de zenuwarts Sigmund Freud, wordt de mens geleid door vernietigings- en seksuele driften die voortdurend bevredigd moeten worden. Een wereld met conflicten tussen mensen zou dan ook altijd bestaan.

Einstein en Freud proberen een uitweg te vinden uit de verwarring die na 1918 achterbleef. Hun tegenstelling maakt de briefwisseling uit 1932 des te interessanter. De spanning tussen de rede en het verstand aan de ene kant en de botte drift om te vechten aan de andere, is voelbaar in het nieuws dat deze dagen permanent op ons afkomt. 

beter begrijpen

Hieronder een samenvatting van de reactie van de twee op de vraag ‘Waarom oorlog’. Voor het overgrote deel betreft het citaten van de heren, cursief. Ik schrijft dit stuk omdat ik zelf op zoek ben naar een antwoord op de vraag en omdat ik het denken van deze twee denkers graag beter wil begrijpen. En natuurlijk ook omdat het alweer bijna vrijdagavond is.

portret Albert Einstein als jonge man
Albert Einstein, Ulm 1879 – Pincenton 1955

Einstein erkent dat Freud helder heeft aangetoond hoe onlosmakelijk de agressieve en destructieve instincten in de menselijke psyche verbonden zijn met de liefde en de overlevingsdrift. Het lijkt wel of juist de meeste cruciale menselijke beslissingen die het lot van volken bepalen in handen liggen van volledig onverantwoordelijke politieke leiders.

Maar, zo vraagt hij aan Freud, heeft u ook niet het gevoel dat dit zou kunnen veranderen wanneer bekwame en integere mensen zich verbinden. Een groep van internationale allure zou een belangrijke en heilzame morele invloed kunnen krijgen op de oplossing van politieke problemen. Zouden we toch niet, ondanks alle gevaren, een poging moeten wagen?

De staten moeten een wetgevend en juridisch lichaam in het leven roepen dat alle conflicten die tussen hen ontstaan moet oplossen. Ze verplichten zich om zich te onderwerpen aan de wetten die door dit lichaam zijn ontworpen.

psychologische krachten

Einstein ziet ook dat er machtige psychologische krachten aan het werk zijn die deze inspanningen verlammen. Waarbij hij in eerste instantie verwijst naar de honger naar macht en naar materieel-economisch gewin.  

Precies vandaag, donderdag 24 maart, komen de regeringsleiders van de NAVO, de G7 en de EU bijeen in Brussel. Zijn zij de bekwame en integere mensen die volgens Einstein een heilzame en morele invloed kunnen uitoefenen en de oorlog kunnen stoppen? Ze lijken hechter dan ooit maar de vraag blijft in hoeverre hun individuele belangen en de angst voor een gewapend conflict met Rusland een vredesproces zullen verlammen. De groep zou, zo stelt Einstein, een serieuze poging moeten doen om ook religieuze groeperingen bij de strijd tegen de oorlog te betrekken. Zijn de verschillende levensbeschouwingen daarvoor te mobiliseren? Hoeveel rabbijnen wereldwijd zijn bereid zich tegen de oorlog uit te spreken?

immuun voor propaganda

Einstein schrijft: Elke oorlog voegt weer een schakel toe aan de keten van het kwaad die de vooruitgang van de mensheid in de weg staat. We moeten de mensen immuun maken voor propaganda. We moeten onze kinderen tegen het militarisme indoctrineren. De schoolboeken moeten herschreven worden.

Onze wapens moeten intellectuele wapens zijn, geen pantserwagens en geschut. Misschien kan mijn stem deze zaak dienen; eendracht onder de mensen en vrede op aarde.

Hoe is het mogelijk dat de massa zich door de macht van een minderheid tot razernij en zelfopoffering laat brengen. Het kan niet anders dan dat er in de mens een behoefte leeft om te haten en te vernietigen. Die aanleg komt alleen in abnormale omstandigheden tevoorschijn, maar hij kan gemakkelijk worden opgewekt tot een massapsychose. Daarin schuilt de kern van het probleem, de kern van het hele fatale en ingewikkelde mechanisme, een raadsel dat slechts door de grote kenner van de menselijke driften opgelost kan worden. 

hooggespannen verwachtingen

Duidelijk is dat Einstein een grote bewondering heeft voor Freud en zijn verwachtingen over zijn reactie zijn hoog gespannen. 

Freud antwoordt dat hij het met alle door Einstein naar voren gebrachte zaken eens is en dat hij het naar beste weten verder zal uitwerken.

Sigmund Freud, Freiburg 1856 – Londen 1939

Belangenconflicten tussen mensen worden in principe door het gebruik van geweld beslist. In het begin besliste in een kleine mensengemeenschap de spierkracht van de sterkste aan wie iets toebehoorde of wiens wil ten uitvoer werd gebracht. Met de invoering van wapens begint het geestelijk overwicht meteen al de plaats in te nemen van de brute spierkracht. De strijd is het meest effectief wanneer de tegenstander duurzaam wordt uitgeschakeld, met andere woorden, wordt gedood.

Hij zal zich niet weer verzetten en zijn lot werkt als afschrikwekkend voorbeeld. Bovendien bevredigt het doden een driftmatige neiging. Volgens Freud leidt er maar één weg van geweld naar recht. De superieure kracht van één mens kan aangetast worden door een aantal zwakkeren dat een bondgenootschap heeft gesloten. De macht van de alliantie bepaalt nu wat recht is in tegenstelling tot het geweld van één individu. Maar het gaat nog steeds om geweld. Voorwaarde is dat het verbond hecht en duurzaam is. Zij moet permanent bijeengehouden en georganiseerd worden. Regels moeten worden opgesteld en instituties opgericht om de regels te handhaven. De wezenlijke kracht bestaat uit gevoelens van solidariteit. De wetten van het verbond bepalen in welke mate het individu zijn persoonlijke vrijheid, het gewelddadig inzetten van zijn kracht, moet opgeven om een veilige samenleving mogelijk te maken.

twee bronnen voor onrust

De praktijk is weerbarstiger om dat er verschil in macht bestaat tussen mannen en vrouwen, ouders en kinderen, meesters en slaven. 

Een dergelijke samenleving kent twee bronnen voor onrust. De poging van één van de heersers zich boven de beperkingen die voor allen gelden, te stellen en van een rechtsheerschappij terug te grijpen naar de geweldsheerschappij; ten tweede het voortdurend streven van de onderdrukten om meer macht te krijgen en gelijke rechten voor allen te bevechten. 

Freud constateert hiermee dat de gewelddadige oplossingen van belangenconflicten binnen een gemeenschap niet vermeden kunnen worden.

Sommige oorlogen hebben slechts onheil aangericht, andere hebben bijgedragen aan de overgang van geweld naar recht omdat er grotere eenheden werden gevormd waarbinnen de mogelijkheid om geweld te gebruiken verminderde.

centrale macht

Het definitief voorkomen van oorlog is slechts mogelijk als de mensen gezamenlijk een centrale macht instellen waaraan rechtsspraak in alle belangenconflicten wordt overgedragen.

Een gemeenschap wordt door twee factoren bijeen gehouden: dwang door middel van geweld en de emotionele banden van de leden onderling.

Dan nu over de driften. We nemen aan dat er twee soorten drift in de mens bestaan: driften die gericht zijn op behouden en verenigen, de erotische driften, en de andere driften die gericht zijn op vernietigen, agressie- of vernietigingsdriften. Beide driften zijn onmisbaar. Eros is altijd, tot op zekere hoogte met vernietiging verbonden. Zelden is het handelen het resultaat van één enkele driftimpuls. 

vernietigingsdrift

Wij zijn tot de conclusie gekomen dat de vernietigingsdrift in ieder levend wezen werkzaam is en dan het oogmerk heeft om het levende wezen tot levenloze materie terug te brengen, om het te vernietigen. Doodsdrift in tegenstelling tot de erotische driften die de levensdrang vertegenwoordigen.

We kunnen proberen de menselijke neiging tot agressie om te buigen zodat hij niet in de vorm van oorlog naar buiten komt.

Als de bereidwilligheid om oorlog te voeren een uitvloeisel is van de vernietigingsdrift dan ligt het voor de hand, de tegenspeler van deze drift, Eros, te hulp te roepen. 

Alles wat gevoelsbanden tussen mensen bevordert zal oorlog tegenwerken.

Dat kan zijn de binding met een liefdesobject, zonder seksueel oogmerk. De psychoanalyse hoeft zich niet te schamen, de religie spreekt zich op een zelfde wijze uit; heb uw naaste lief als u zelve. De andere gevoelsbinding ontstaat door identificatie. Alles wat belangrijke gemeenschappelijke elementen tussen mensen creëert.

Een andere suggestie voor de bestrijding van de neiging tot oorlog bestaat uit het advies meer zorg te besteden aan de opvoeding van een bovenlaag van zelfstandig denkende mensen, ontoegankelijk voor intimidatie en vurig naar waarheid strevend, die de onzelfstandige massa zou moeten leiden. Het zal duidelijk zijn dat de kerk met zijn verbod op zelfstandig nadenken dit idee niet met open armen zal ontvangen.

Waarom tenslotte protesteren wij, u en ik en zoveel anderen, zo heftig tegen de oorlog en waarom aanvaarden wij hem niet als een van de pijnlijke, onaangename kanten van het leven?

Oorlog is toch zoiets als een natuurverschijnsel, heeft een biologische functie en is praktisch bijna onvermijdelijk.

recht op leven

We aanvaarden oorlog niet omdat ieder mens recht heeft op zijn eigen leven, omdat oorlog veelbelovende mensenlevens vernietigt, het individu in situaties brengt die hem zijn waardigheid ontnemen, hem dwingt tegen zijn zin anderen te vermoorden enz. Het is allemaal zo onbetwistbaar waar dat we ons verbazen dat oorlog nog niet in onderlinge consensus is verworpen.

Ik geloof dat dat de belangrijkste reden om te protesteren tegen de oorlog is omdat we niet anders kunnen. We zijn pacifisten omdat we het van nature zijn.

Het proces van culturele ontwikkeling, civilisatie is hierbij cruciaal en de psychische veranderingen die ermee gepaard gaan zijn opvallend. Het intellect wordt sterker en begint het driftleven te beheersen. De verinnerlijking van de agressieve neigingen met alle gunstige en ongunstige gevolgen van dien. Dit psychische proces is in schrille tegenspraak met oorlog en daarom worden we ertoe gebracht ons er tegen te verzetten. We verdragen oorlog eenvoudig niet meer. Hoe lang moeten we nog wachten voordat de anderen ook pacifist worden? Misschien is het geen utopie als we hopen dat door de culturele ontwikkeling en de angst voor de gevolgen van een toekomstige oorlog er in de afzienbare toekomst een einde zal komen aan het voeren van oorlog.

En daar hoor je Mat de Kruif en Professor Osinga dan niet over.


cover: foto Bloom, Rijksacademie Open Ateliers, 2018

Over Ralph Levie 23 Artikelen
In 1955 geboren in de Mediene, in het dorp Dieren waar hij zich inzette voor de renovatie van het lokale sjoeltje. Hij studeerde andragologie aan de UvA en theater in Parijs en Brussel. Hij werkte 18 jaar bij het Joods Historisch Museum. Startte in 2012 zijn eigen bedrijf &Lev voor advies en ondersteuning bij fondsenwerving. Joodse humor houdt hem op de been en via dialoog zoekt hij contact met de ander.

8 Comments

  1. Gelooft u dat de culturele ontwikkeling en de toename van angst voor een toekomstige oorlog uiteindelijk zullen leiden tot een volledige uitbanning van de oorlog in de wereld en in het hart van mensen? Of gaat het om een wezenskenmerk van de menselijke aard?

    • Beste Hardy, ik denk dat we met Freud moeten hopen dat culturele ontwikkeling en angst voor oorlog ons zover zullen brengen dat we oorlog op den duur niet meer kunnen verdragen. Hopen is hier het cruciale woord.
      Vriendelijke groet, Ralph Levie

  2. Heel interessant en waardevol. Ik heb dit artikel nu al twee keer gelezen en ga het boek ook lezen. Ik zag dat het nog te koop is. Waarom oorlog is een vraag die we onszelf nu vele malen per dag stellen. Dank je.

  3. Uit het hart gegrepen.
    Alleen deze zin snap ik niet helemaal, over de regeringsleiders: “Ze lijken hechter dan ooit maar de vraag blijft in hoeverre hun individuele belangen en de angst voor een gewapend conflict met Rusland een vredesproces zullen verlammen.” Die angst is toch gerechtvaardigd, zoals je ook in je laatste alinea schrijft?

  4. Hi Naud, ik snap je vraag. In de eerste zin bedoel ik dat angst een slechte raadgever is om tot een oplossing te komen. Angst kan verlammen en daarmee verhinderen dat de juiste stappen richting vrede genomen worden.
    Aan de andere kant, zoals in de laatste alinea, kan juist de angst voor oorlog helpen deze te voorkomen. Conclusie, angst kan dus twee tegengestelde reacties teweeg brengen. Behalve het verschil tussen Einstein en Freud zit het hele verhaal vol dualiteiten. Groet Ralph

  5. Mooi artikel Ralph en veel food for thought.
    Na lezing is voor mij de vraag: wat te doen tegen de aantrekkingskracht van macht en geweld? want hoe vreselijk ook, oorlog voeren en vechten vinden velen heel erg fijn.
    Zowel Einstein als Freud spreken hierboven over de waarde van wetten en regels en organen waarin door velen wordt samengewerkt om de destructiedrift en het machtsstreven dat in ons allen is te beheersen. Dit denken heeft na de Tweede Wereldoorlog brede navolging gevonden en heeft geleid tot de oprichting van o.a. de Verenigde Naties en wat nu de Europese Unie heet. Recht en samenwerking ipv macht en individualisme, dat was het idee. Terwijl vrijwel iedereen tegen oorlog en geweld is, is er de laatste 20-25 jaar een tendens – ook in Nederland – om juist die samenwerkende, supranationale organisaties te bekritiseren en af te breken die dat kunnen voorkomen. Politiek wordt deze tendens – zowel aan extreem linker- als rechterzijde – op alle mogelijke manieren uitgebuit. Klaarblijkelijk is het voor velen aantrekkelijker om zo ongestoord mogelijk een eigen weg te gaan – zelfs als dat met ongebreideld geweld gepaard gaat. Zie oorlog in Oekraine, en in een wat andere vorm: Brexit.

  6. Twee citaten die kunnen bijdragen tot een diagnose van het verschijnsel Oorlog

    ‘Er was weer eens een tijd aangebroken, waarin de mens, zoals hem in zijn historie al vaak gebeurd was, in de diepste onvrede was geraakt met hemzelf.’

    ‘Alles is verveling. Verveling is de andere epidemie die Europa rijp maakt voor den ondergang. Verveling is het eind-resultaat van elke beschaving. Zij is de aderverkalking der groote, denkende volken. Vroeg of laat komt een oogenblik, dat zelfs God, of hij nu Zeus, Zebaoth of Zoroaster heet, zich na de schepping van zijn universum afvraagt: “Ja….. waarvoor dient dat eigenlijk allemaal?” Dan gaapt hij en gooit alles weer door elkaar. Zoo doet de mensch met zijn beschaving. Verveling is de toestand van een ras dat niet meer gelooft, en het desondanks goed heeft. Verveling is, als alle horloges en klokken van het vasteland onverbiddelijk goed gaan, als in de maand Maart weer dezelfde naieve bloemen bloeien, als dagelijks de dood van brave huisvaders wordt aangegeven, als op den Balkan een oorlog uitbreekt, als in een gedicht over de sterren wordt gesproken.

    citaat 1 Abel Herzberg over wat voorafging aan mei 1940 – in zijn inleiding tot Kroniek der Jodenvervolging (1950)

    citaat 2 Iwan Goll in zijn meesterwerk Die Eurokokke (1927) / Stervend Europa (1927 vertaling Evert Straat)

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*