Ik had een soeka gebouwd
van een paar restjes hout.
Het dak was zo lek als een mandje:
op de panlatten lag
slechts een handjevol schach,
geplukt om de hoek op ’t landje.
Toen op Erev Sjabbat
in mijn soeka ik zat,
woei de nachtwind er vrolijk en lustig.
Maar kalm hief ik het glas,
maakte kiddoesj en alras
brandden de kaarsen weer rustig.
Mijn dochter kwam ook –
ze zag bleek als een spook –
met de kugel in haar trillende handen.
“Ach vader,” sprak zij,
“kom toch binnen met mij,
of je zult met je soeka verbranden!”
“Doe, mijn kind, niet zo mal
en vrees niemendal!
Deze storm zal toch weldra bedaren:
iem ezrat haSjem,
en vertrouwend op Hem,
staat onze Soeka al drieduizend jaren.”
(vrij vertaald uit het Jiddisch door Channa Kistemaker)
Beluister het liedje hier:
Ha Channa Shalom,
Ik, jacov benawraham Wick, zou graag veel willen weten over de nieuwe joodse begraafplaats in Zeeland toch?
Uiteindelijk wil ik eventueel als vrijwilliger/beheerder mijn gewag maken.
Groetend,
Jacov R. Benawraham Wick.
Ik herinner mij U als een uiterst vriendelijk persoon.
Volgens mij ook bij BHC