Naar mijn weten is er in Israël en daarbuiten geen aandacht besteed aan een opmerkelijk verschijnsel tijdens de opening van de Olympische Spelen in Tokio.
Wel werd er in Israel en ook daarbuiten veel aandacht besteeds voor het historische besluit van het Olympische comité tijdens de officiële opening van de Spelen de moord te gedenken op de Israelische sportlieden in München in 1972. In de openingstoespraak werd echter niet vermeld dat het Palestijnse terroristen waren die in het Olympisch dorpmde moordaanslag op de sportlieden beraamden en uitvoerden.
Toch was Ankie de Jong-Reches heel blij dat de moord op de Israëlische sportlieden voor het eerst officieel werd herdacht. Onder de vermoorde sportlieden bevond zich haar echtgenoot André Spitzer. ‘Ik heb jaren voor erkenning geknokt’ zei ze trots lachend in Tokio. Ik weet dat uit eerste hand omdat Ankie enkele jaren mijn assistente was in Israel en een dierbare, moedige, talentvolle vriendin is gebleven.
Even opmerkelijk, maar overschaduwd door de erkenning van de moord in München, is de verschijning van een kleine Palestijnse delegatie bij de openingsceremonie in Tokio inclusief de Palestijnse vlag. Wat een tegenstelling na die herdenking, maar ook het bewijs dat de Palestijnse zaak, onder druk van terreur, grote stappen zette in weerwil van de Israëlische bezetting.
Ik vraag me af hoe we daar over twintig jaar naar zullen kijken. Zou de verschijning van de Palestijnse delegatie achter de Palestijns vlag in Tokio een voorportaal zijn geweest naar een Palestijnse staat naast Israël zoals president Jo Biden het wil en Israel niet?
Behalve vlagvertoon hebben de Palestijnse sportlieden in Tokio niets gepresenteerd. Maar wel hebben ze een punt gemaakt op de internationale kaart.
coverfoto: Acht van de Israëlische slachtoffers in 1972, met linksonder schermcoach Andre Spitzer
Geef als eerste een reactie