Op de treurigste dag van het jaar, Tisha b’av, de negende van de maand av, dit jaar 17/18 juli, wanneer we de verwoesting van de twee tempels in Jeruzalem herdenken waar menig geleerde de massamoorden onder de Romeinen en tijdens de Kruistochten aan toevoegt, plus de pogroms in de donkere eeuwen in Europa uitmondend in de Holocaust. Op deze treurige sjabbat waarin we geacht worden 25 uur lang te vasten, op deze dag lezen we in het eerste deel van Dewariem hoe Mozes, aangekomen bij de Jordaan, de instructies herhaalt die hij kreeg op de berg Sinaï.
Eén instructie luidt ‘herover het land dat ik, jouw God, aan jou beloofde’ (van de rivier tot aan de zee zou ik hier cynisch aan willen toevoegen – want we weten: de rest is geschiedenis die naast veel moois helaas weer vele treurdagen met zich meebracht). Vervolgens verzoekt Mozes aan elke stam een leider aan te wijzen zodat hij er niet meer alleen voorstaat. Een slimme spreiding van de macht van de toen al stokoude Mozes.
Dewariem intrigeert me want het betekent niet meer (of minder) dan woorden. Kan ook dingen zijn, maar woorden is toch wel de dominante betekenis. Gekoppeld aan Tisha b’av betekenen ‘woorden’ vooral woorden vol herinneringen. Verhalen met herinneringen die vertellen over leed, woorden van herdenking hoe we ondanks dat leed steeds weer overleven. We gedenken als het ware dat we er ondanks alle ellende nog zijn.
Het woord dat meteen in m’n gedachten springt is ‘zachor’ dat veelbetekende Hebreeuwse woord waarin herinneren en gedenken samensmelt. Om via het steeds opnieuw vertellen van betekenisvolle verhalen een geschiedenis door te geven. Het heeft iets samenbindends om dit te doen, zeker als het jaarlijks gebeurt op vaste dagen. ‘Samenbinden’, ‘verbinden’, woorden die tegenwoordig wel erg vaak klinken in een land vol kloven die ‘overbrugd moeten worden’. Maar het werkt wel. Als we tijdens de seider in vele korte verhalen de slavernij en de uittocht uit Egypte opnieuw tot leven brengen, werkt dat verbindend: we construeren elk jaar opnieuw onze gemeenschappelijke geschiedenis en koppelen dat, althans in moderne joodse gemeenten, aan actuele vormen van vervolging.
Keti Koti Tafel
Hoe inspirerend deze traditie is om met woorden de geschiedenis te reconstrueren en gezamenlijk te maken, merkte ik afgelopen maandag de 12de juli. Ik kreeg de eervolle uitnodiging aan te schuiven aan de Keti Koti Tafel in het Joods Historisch Museum. Een gestructureerde dialoog waarin eigen ervaringen worden gedeeld. Een dialoog die al tien jaar door Nederland trekt naar aanleiding van Keti Koti, de herinnering aan de ‘verlossing van ketenen’ van de slavernij in het Nederlandse koninkrijk. Deze ‘tafel’ (een echte tafel met eten en een vaste structuur om naar elkaar te luisteren) is een initiatief van een vrouw met Surinaamse wortels en een man met een joodse achtergrond. Dit power couple, Mercedes Zandwijken en Machiel Keestra, creëerden tien jaar geleden deze nieuwe traditie. Zij leiden jaarlijks op vele plaatsen in het land deze tafels vooral bedoeld om ‘oorspronkelijke’ Nederlanders bekend te maken met hun gedeelde geschiedenis met mensen uit de voormalige koloniën.
Het is een tafel parallel aan de seidertafel. Zandwijken vertelde hoe zij werd getroffen door dit gezamenlijk beleven van geschiedenis toen zij voor het eerst aanschoof aan de seideravond bij haar joodse vriend Keestra. Toen bedacht zij hoe bijzonder het zou zijn als zij, die zo weinig wist van haar moeders familiegeschiedenis, dit soort verhalen kon delen met anderen uit de voormalige koloniën.
De orde van de Keti Koti Tafel leek wonderwel op de Pesach seider. We begonnen met een bitter kruid (een bitter stukje hout), de ingrediënten op de tafel werd uitgelegd (heri heri, het eten dat slaven kregen van hun meesters), en er lag een boekje met uitleg naast elk bord. Na het bittere kruid en voordat de dialoog begon, smeerden we elkaars pols in met kokosolie. Dit element zou ik graag als een chidush (vernieuwing) toevoegen aan de seidertafel. Nu had ik het geluk te zitten tegenover een Surinaamse vrouw die op zo’n sensitieve manier mijn polsen insmeerde dat ik de rest van de avond met een gelukzalig gevoel de dialoog beleefde.
Het was indrukwekkend om met medejoden en nazaten van slaafgemaakten uit Suriname en de Caraïben woorden (Devariem) te delen van herkenning en respect voor elkaar.
meer info over de Keti Koti Tafel
Mooi verteld! Dat we vaker zulke bijzondere avonden mogen beleven.