We mogen best het ‘nieuwe normaal’ omarmen, maar laten we ervoor zorgen dat het normaal blijft

beeldmerk Parasja

Parasja Pinchas

Er hing een bijzondere sfeer in ons land, eindelijk weer ‘normaal’ samen voetbal kijken, dat was heel bijzonder. Maar nee, het was van korte duur, Oranje is vrij snel uitgeschakeld. Vervolgens gaan wij terug naar het ‘nieuwe normaal’ die eigenlijk ‘niet-normaal’ is. Het is verwarrend: wat is nou normaal en wat niet? De meeste experts zijn het eens dat de effecten van COVID-19 van blijvende aard zijn. Wij snakken naar het ‘oude normale’, maar wij weten dat het ‘nieuwe normaal’ vooruitgang en verbetering met zich mee kan brengen. Is het mogelijk om van twee walletjes te eten en van beide voordelen kunnen genieten? 

In onze beleving van het Jodendom streven wij om oude tradities in ere te houden, tegelijkertijd dienen we de Tora elke dag als iets nieuws, fris en actueel te beschouwen. Er is vertrouwdheid en houvast wanneer men een constant terugkerend ritme heeft. Leve het ‘normale’. Maar voor enthousiasme en geestdrift is vernieuwing en afwisseling nodig. Toch een beetje ‘niet-normaal’? Dagelijkse mitswot en gewoonten bieden dat vertrouwde zekerheid, de jom tov hoogtepunten – zoals de Sederavond en een Kol Nidre dienst – onderbreken de ritme en bieden inspiratie en bezieling. Echter, is het mogelijk om elke dag te genieten van een jom tov? 

In het Beet Hamikdasj (tempel in het oude Jeruzalem) was geen dag gelijk aan de ander. De offerdienst was een druk gevarieerd gebeuren: zondeoffers, brandoffers, meeloffers, reukoffers en plengoffers. Er kwamen bezoekers uit het hele land en uit het buitenland. Een kohen die zich aan het begin van de dag meldt voor de dienst kon niet voorspellen wat de dag met zich mee zou brengen. Toch was er een rotsvast kader waarin dit zich allemaal afspeelde.

“Het ene schaap zal je ’s morgens bereiden en het andere schaap zal je ’s middags bereiden.” Hiermee begint de beschrijving van offerdienst in Parasjat Pinchas. Waarna de Tora zowel de feestelijke diensten als ook de dagelijkse diensten specificeert. Het Korban Tamid (letterlijk: constante offer) was de sleutel van de dienst in het Beet Hamikdasj. Er werd geen offer gebracht vóór de ochtend ‘Tamid’ noch werd er een offer gebracht ná het middag ‘Tamid’. Variatie is goed, wel binnen een vooraf bepaalde kader. 

Vernieuwing en verandering is geweldig. Echter, wanneer dat je enige motivatie is, ben je aan de waan van de dag overgeleverd. Zorg eerst voor een stabiele basis. Stel concrete grenzen. Bepaal je onwrikbare waarden. Maak duidelijke prioriteiten. Vervolgens kan je, je uitleven en permitteren om mee te doen met alle trends. Maak elke dag een jom tov, zolang het binnen het kader past. 

We mogen best het ‘nieuwe normaal’ omarmen, maar we moeten er wel voor zorgen dat het normaal blijft!  

gebed in plaats van offer

Zonder Tempel in Jeruzalem neemt het gebed de plaats in van de offerdienst. Een zeer bijzondere beschrijving van het Joodse gebed deelde burgemeester Charles Burkett van Miami-Dade, waar de ingestorte flat Surfside staat, met ons. De burgemeester zei dat hij naast een meisje knielde dat op de grond lag en vroeg of ze in orde was. “Ja”, zei ze. Burkett ziet dat ze naar haar telefoon keek en een Joods gebed las.

“En dat bracht me echt thuis,” zei de burgemeester. “Ze huilde niet, ze was gewoon verdwaald. Ze wist niet wat ze moest doen, wat ze moest zeggen, met wie ze moest praten.”

“Het ene schaap zal je ’s morgens bereiden en het andere schaap zal je ’s middags bereiden” schrijft de Tora voor. Er zijn ‘morgen’ momenten, wanneer de zon schijnt en het is licht en warm. Er zijn andere momenten wanneer duisternis nadert, men ziet het licht niet, men voelt de warmte niet. De offerdienst (en het dawwenen eveneens) hoort zowel ’s morgens als ’s middags. Dat is misschien de keerzijde van de fusie van het ‘niet-normaal’ met het ‘normale’. Wanneer men in ‘normale’ tijden zich verbindt met het bovennatuurlijke, geeft dat ook een houvast en gevoel van normaliteit in de meest niet-normale situaties. Moge al onze gebeden in de hoogte worden gehoord!  

Over Shmuel Katzman 19 Artikelen
Rabbijn Shmuel Katzman is geboren in Brooklyn, New York en groeide op in Crown Heights, waar hij ook zijn rabbinale opleiding volgde. In 1994 werd hij als sjaliach van de Lubavitcher Rebbe uitgezonden naar Nederland. Hij is rabbijn van de NIG Den Haag en coördinator van JLI, het Joods Lern Instituut, de Nederlandse tak van Chabad-organisatie The Rohr Jewish Learning Institute.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*