Het is zo simpel, het lijkt zo overtuigend: dit land (Eretz-Israël) is van ‘ons.’ In deze staat ‘ons’ voor diep gelovige nationalistische zionisten. Zij zijn het die sedert 1967 de kaart van Israel dusdanig hebben gewijzigd dat er nu meer dan een half miljoen Israëli’s wonen in wat ik ‘bezet gebied’ noem.
Beslist niet allemaal religieuze fanatici, ook gewone burgers die vluchten voor de torenhoge prijzen van huizen in het ‘oude Israël’ en kozen voor goedkoper wonen in Judea en Samaria.
In deze column wil ik niet ingaan op de gevolgen van deze realiteit op het Israëlisch-Palestijns conflict en Israëls positie in de wereld en in de regio.
Waar het mij om gaat, is nog eens duidelijk te stellen dat alle Israëlische regeringen sedert 1967 zijn gezwicht voor de religieuze dwang naar Judea en Samaria danwel de stichting van nederzettingen daar aanmoedigden.
Als jarenlange correspondent in Israël heb ik deze metamorfose begrepen, gezien en beschreven.
Samengevat zijn de krachten die deze verandering voeden:
1) De stichting van Israël in 1948 en de gewonnen Onafhankelijkheidsoorlog is ervaren als een ‘wonder’.
2) De glansrijke zege in de oorlog van 1967 verdiepte het religieuze ‘wondergevoel.’
3) De ontsnapping aan een nederlaag in de Grote Verzoendag-oorlog in 1973 leidde tot de oprichting van Gush Emoniem, het Verbond der Getrouwen, de goddelijk geïnspireerde plicht Judea en Samaria (Westelijke oever van de Jordaan) te bevolken.
Geen regering van links of rechts had noch de politieke, noch de morele kracht de nationalistische religieuze emotie naar Judea en Samaria te weerstaan.
Ook nu niet. De nieuwe regering onder premier Naftali Benett waarin rechts en links cohabiteren is gezwicht voor de lobby van jonge vurige kolonisten een nieuwe nederzetting Eyatar in bezet gebied op een heuveltop te stichten in reactie op een eerdere Palestijnse moordaanslag daar. Het klassieke zionistische antwoord.
Eyatar verrees illegaal op hoogstwaarschijnlijk Palestijnse grond. Wat een uitdaging voor de in het diepst van zijn hart met de kolonisten sympathiserende Benett. Maar ja als je de regering bij elkaar wilt houden moet je wat van je zionistische passie opgeven. En dus is er een wonderlijk compromis uit de bus gekomen. De jonge kolonisten verlaten de heuveltop, de gebouwen blijven staan, daarin wordt een legereenheid gestationeerd totdat de kwestie van het eigendom van het land is geregeld waarna als dat ook in kannen en kruiken is er een jesjiwa wordt gevestigd.
Shalom Achshav, Vrede Nu, veroordeelt de knieval van Benett voor de kolonisten in de scherpst gestelde bewoordingen. Ongetwijfeld getergd door de vreugde kreten van Ayelet Shaked, de minister van justitie.
Zo is het altijd geweest: linkse vredesidealisten worden overtroefd door de religieuze zionistische ethos van rechts. Ook in deze bijzonder samengestelde regering in Jeruzalem.
Geef als eerste een reactie