Diemen.
Eerste halte op weg naar de Eeuwigheid. Route “Oulom-hazzee” – Oulom-habbo gaat niet meer via Zeeburg. Zeeburg heeft àf als buitenplaats voor stillevende nesjommes. Niemand stapt er meer uit. Niet frisch genoeg meer, ongezond liggen, te benauwd bij de stad, daarbij te vochtig. Onbewoonbaar-verklaarde kelderwoning.
Dat schrijft Dr. M. de Hond in 1923 in het Centraalblad voor Israelieten, in één van zijn “Kiekjes”. Geheel in lijn met de Joodse traditie van eufemismen rond de dood, leeft de rebbe zich uit in kwinkslagen: “Diemen is netjes. De entree is al zoo verleidelijk.” En: “Het is echt, om er nooit vandaan te gaan.” Beth Haim – Huis der Levenden, maar dan op z’n Uilenburgs.
’t Heeft ook veel meer te doen dan Muiderberg. De meeste Joden uit Amsterdam trekken er heen. Prachtige straatjes, waar huis aan huis Joden wonen. En alle namen en nummers van de steenen huisjes zoo duidelijk. Op Muiderberg en Zeeburg moet je zoo zoeken.
Ach, in zijn tijd lag de Joodse Begraafplaats Zeeburg – alle terecht geklaag over verzakkende zerken ten spijt – er nog best ordelijk bij, zoals u op de luchtfoto hierboven kunt zien. Daar is inmiddels bijna een eeuw overheen gegaan. Een eeuw van verwaarlozing zeggen sommigen – een eeuw van alleszins begrijpelijke onmacht, als je het mij vraagt. Tijdens de hongerwinter van 1944 zijn de houten zerken die er nog stonden door buurtbewoners geroofd en opgestookt. Na de oorlog was de Joodse gemeenschap te klein om de uitgestrekte dodenakker te onderhouden, en de rest van Amsterdam stond echt niet klaar om te helpen. In het derde kwart van de vorige eeuw is er veel aan vandalisme ten prooi gevallen. Ik vind nu nog brokstukken van matseiwes in het plantsoen aan de Kramatweg.
Het tij is gekeerd toen Joel Cahen in 1982 aan de bel trok en ervoor zorgde dat kwajongens, hondenliefhebbers en naaktrecreanten niet langer vrij spel hadden op het keiwer owes. Van “prachtige straatjes, waar huis aan huis Joden wonen” was toen al geen sprake meer. De natuur heeft er in de daaropvolgende decennia ook nog het hare aan gedaan. Rust te over, maar met de aandacht (“Nagedachtenis”, zou Carry van Bruggen schrijven, met een hoofdletter!) was het minder goed gesteld. Eerst in 2011/2013 is op initiatief van de Stichting Eerherstel Joodse Begraafplaats Zeeburg een klein grafveld, grenzend aan de Valentijnkade, gerestaureerd. Diemen kan er jaloers op zijn!
Sinds vorig jaar is een groep vrijwilligers, onder leiding van Hansje Galesloot, historicus en bestuurslid van voornoemde stichting, bezig ook andere vakken aan de woest golvende zee van bramen te ontworstelen. Eén voor één komen zerken aan het licht, die meer dan een halve eeuw aan het oog onttrokken zijn geweest. Een vrijwilligster vertelde mij dat ze telkens weer ontroerd zijn, als ze een nieuwe naam hardop kunnen lezen. “Sara Berclau.” “Abraham Waterman.” “Joel Komkommer.” “Abigael Lisser-Lopes Cardozo.”
Ondertussen werk ik thuis aan het documenteren van de vondsten. Voortbouwend op het werk van Bart Voorzanger breng ik ze in kaart en vul ze aan met gegevens uit het Stadsarchief, waar “verloven tot begraven” en “goedgekeurde grafschriften” worden bewaard. Zo ontstaat langzaam maar zeker een heuse plattegrond (zie hieronder), die helaas altijd lacunes zal bevatten, omdat niet alle geschreven bronnen bewaard zijn gebleven. Het is mijn droom dat die plattegrond ooit via een website – via de Stichting Eerherstel of elders – voor iedereen toegankelijk zal zijn. Iets in de sfeer van het digitaal Joods Monument, maar dan liefst in de oorspronkelijke versie. En in de sfeer van Dr. de Hond, met virtuele “steenen huisjes”, waar je aan kan kloppen om kennis te maken met “stillevende nesjommes”.
Geen trap op, trap af, geen modderig portaaltje, geen spijker waaraan je blijft haken. Je kunt er ook zonder plichtplegingen bij ieder naar binnen loopen. ’t Is er zoo joviaal.
Dank Chana Kistemaker voor jouw artikel over Zeeburg. Er is natuurlijk nog heel veel meer over te schrijven. Het overplaatsen van graven naar Diemen in de vijftiger jaren wanwege de aanleg van de brug. Het initiatief van het opknappen door Joodse en Islamitische jongeren. De “klandestiene” begrafenissen in de Tweede Wereldoorlog en nog heel veel meer. En natuurlijk ook de voortgang van jouw documentatieproject .Ongetwijfeld zou jij op jouw artikel nog een mooi vervolg kunnen schrijven. Doen?
Dank voor het compliment, Lody van de kamp! Nu ik in ieder geval op één enthousiaste lezer kan rekenen, zal ik zeker vaker over Zeeburg schrijven ;-).
Ja. Die enthousiaste lezer ben ik. Maar er zijn er vast heel veel meer. Sjabbat Sjalom.