Tetsave – Licht en Brandstof

beeldmerk Parasja

De bouw van de Misjkan is over twee Parsjes verdeeld – Teroema en Tetsave. In de eerste staat vooral het gebouw en de voorwerpen centraal, in de tweede de kleding van de priesters. Vaak worden deze twee Parsjes overigens samen gelezen op één Sjabbat, dit jaar echter niet. De Parasja Tetsave  (Sjemot 27:20-30:10) opent met de opdracht om zuivere olijfolie te maken voor het licht van de Menora. Blijkbaar is dit erg belangrijk want waar eerder over een vrijwillige bijdrage werd gesproken (teroema) is er nu sprake voor een opdracht – tzav, van gebod, mitsva. Niet alleen voor de bouw van het heiligdom maar voor alle generaties (27:21).

Om licht te maken heb je een brandstof nodig en iets dat het geleidt – een lont of pit. Sommige rabbijnen zien hierin het beeld van het lichaam van de mens en diens ziel – met de ziel als de olie en de pit als het lichaam. Anderen hanteren een drieledig model: lamp, olie, pit. De Parasja wijst er echter op dat we met een verbinding van lichaam en ziel – geest en materie, inhoud en vorm – nog niet per se goed licht hebben. Als de olie niet zuiver is, maar droesem bevat, zal het licht niet zuiver zijn. Vandaar de opdracht om zuivere olie te gebruiken. Dit zuiveren van de ziel gebeurt door de Tora die in het Allerheiligste stond. Die geeft de zuiverheid aan de olie in de Menora die immers voor het Allerheiligste brandt – buiten het voorhangsel (parochet), maar wel voór de Eeuwige (27:21).

Hoewel de Tempel al lang niet meer bestaat een ook haar voorwerpen niet meer onder ons zijn, is de olie ons in alle generaties bijgebleven. In fysieke zin door de olie van de Sjabbatlamp (tegenwoordig kaarsen) en de Chanoeka-lichten die zelf naar de Tempel verwijzen. En in spiritueel opzicht in de rituelen (brandstof) en het licht van de Tora die ons door de eeuwen inspireren en zuiveren. Op weg naar het doel – het ‘binnenhalen’ van God in de schepping, Zijn woning / Tempel – mogen we nooit concessies doen aan zuiverheid. Het doel heiligt niet alle middelen. De middelen moet juist gezuiverd worden zodat het doel bereikt kan worden.

Sjabbat Sjalom en Goed Poeriem!

Over Leo Mock 15 Artikelen
Leo Mock (Amsterdam, 11 augustus 1968 – aldaar, 31 augustus 2023) volgde een opleiding aan een jesjiwa (Talmoedhogeschool) in Israël, studeerde Joodse geschiedenis aan de Bar-Ilan Universiteit en oude geschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam (UvA). In december 2015 promoveerde hij cum laude aan de Tilburg University op een proefschrift, getiteld 'Het begrip Ruach Ra'a in de rabbijnse responsaliteratuur van na 1945: een case study in de relatie tussen kennis over de fysieke wereld en traditionele kennis'. Leo heeft verschillende publicaties over jodendom op zijn naam en is betrokken bij het tijdschrift Tenachon, een uitgave van PaRDeS, een stichting die zich inzet voor het ontsluiten van Joodse bronnen voor een Joods en Christelijk publiek en het bevorderen van de interreligieuze dialoog. Hij was docent judaica aan de Tilburg University en bij Joods Educatief Centrum Crescas. Vanaf 2012 was hij adviseur Joodse Zaken van Beth Shalom.

Geef als eerste een reactie

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*