“Vrijdagavond” in De Vrijdagavond – in De Vrijdagavond

Naar aanleiding van mijn eerste stukje in dit tijdschrift bracht historicus Rogier Schravendeel mij een halve jaargang van De Vrijdagavond uit 1932. Daarin trof mij een recensie van de korte documentaire Vrijdagavond (of: Sabbath, of: Sjabbos) van G.J.Theunissen en Jo Spier door Joseph Gompers (1899-1945). Deze korte (10 minuten) film was één van de eerste “geluidsfilms” in die tijd en werd alom met gejuich ontvangen. Ook nu nog, bijna een eeuw later, is het een hoogtepunt van vakmanschap en goede smaak. Het kunststuk staat op de dvd Herinneringen aan Joods Nederland uit 2009, maar er staan ook een paar versies op YouTube.

Voor mij als onderzoeker naar onze godsdienstige praktijk van vroeger bevat de rolprent enkele buitengewoon interessante beelden. Uren heb ik zitten turen naar het groepje mannen, dat dicht opeen staat te ‘ooren’. Ze lijken niet op het publiek in de Grote Synagoge op het bekende schilderij van Martin Monnickendam. Je zou hier hoge hoeden verwachten. Staan zij wel in dezelfde sjoel? Ik meen ergens gelezen te hebben dat deze beelden in een van de chewresjoeltjes in de buurt zijn opgenomen. En wat doet die man daar als enige met een talliet op de vrijdagavond? Is hij misschien de voorzanger van de kleine sjoel, die pas bij het officiële begin van het avondgebed bij het almemor zal gaan staan?

Ja, ik weet het: het is erg riskant om beelden, die bedoeld zijn als kunstwerk, te gebruiken om de werkelijkheid van het verleden nabij te komen. Er kan van alles in scène gezet zijn. Maar dat de biddende mannen een grote verscheidenheid aan gebedenboeken in hun handen hebben, noteer ik toch maar als bewijs dat het met de diversiteit op dat punt gunstiger gesteld was dan Jaap Meijer zich later herinnerde.


De sidoer die geopend wordt voordat Oppervoorzanger Israel Eljasz Maroko (1896-1943) en het koor Lecho Doudie beginnen te zingen, vormt evenwel een raadsel. Ik heb nog geen enkele andere aanwijzing gevonden dat die editie in Nederland verkocht, laat staan gebruikt werd. In sjoel gebruikte de chazzan destijds de Seder Avodat Jisrael van Baer, uit 1868. Zou het kunnen dat men in 1932 ook al kon copy-pasten en hier dus een stukje film van over de grens is hergebruikt?

Negen jaar later kon men dat in ieder geval wel, volgens informatie die ik vond op de site van het NIK:

De prachtige beelden die regisseur G.J.Teunissen in samenwerking met illustrator Jo Spier maakte, zijn in 1941 misbruikt voor de Nederlandse versie van de beruchte Duitse antisemitische film De Eeuwige Jood.

Maar kom, het is bijna vrijdagavond. En die beelden zijn weer van ons. Geniet ervan, en gut sjabbes:

Over Channa Kistemaker 50 Artikelen
Is afgestudeerd (1988) als classica en heeft zich later in het Hebreeuws bekwaamd. Zij doet historisch onderzoek naar de religieus-Joodse boekcultuur in Nederland van 1815 tot nu. Ook houdt zij zich bezig met het documenteren van de grafzerken op de Joodse Begraafplaats Zeeburg, en vertaalt zij poëzie uit het Ivriet.

4 Comments

  1. Uit de verhalen van mijn vader die speciaal vanuit Zuid naar de Grote Sjoel liep om daar de dienst van chazan Maroko en het koor te horen heb ik begrepen dat niet elke sjoelbezoeker een hoge hoed droeg. Bij de Portugezen (aan de overkant) kwam dat meer voor. In dit filmpje zien we volgens mij ook beelden van de binnenplaats van de Snoge, en een persoon in de dienstkleren van de Snoge plus Portugeze baret…. Wat ik mij afvraag: hoe kan de filmmaker de dienst op vrijdagavond hebben gefilmd? Zouden de gaba’iem dat hebben toegestaan, op sjabbat in sjoel?.Dezelfde vraag geldt ook voor de scene van het aansteken van de kaarsen thuis. Mogelijk zijn deze fragmenten ge-ensceneerd en niet op sjabbat opgenomen. Dat zou dan ook de tallieth verklaren van 1 van de sjoelbezoekers…

    • Beste mevrouw Daniels, Dank voor uw reactie! Ik denk dat u gelijk heeft met uw vermoeden dat veel van de film geënsceneerd is en dus op heel andere momenten van de week kan zijn opgenomen dan op vrijdagavond.De beelden van de binnenplaats van de Snoge waren me ook opgevallen. Waren we er maar bij geweest! Aan de andere kant: zo zijn we er toch een beetje bij, in ieder geval qua sfeer. Die werd door de tijdgenoten zeker herkend.

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd.


*